ECLI:NL:GHSHE:2011:BP5072
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. Milar
- A. van Dijkhuizen
- E. Everaars-Katerberg
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid in hoger beroep wegens processuele tekortkomingen
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 17 februari 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep. De man, appellant, had hoger beroep ingesteld tegen de beschikkingen van de rechtbank Breda van 17 maart 2009 en 20 april 2010. Het hof verwijst naar de eerdere beschikkingen en constateert dat het beroepschrift van de man niet voldoet aan de vereisten van het landelijke Procesreglement verzoekschriftprocedures familiezaken gerechtshoven. De griffier heeft de advocaat van de man herhaaldelijk verzocht om het beroepschrift aan te vullen met de benodigde stukken, maar deze verzoeken zijn niet opgevolgd.
De advocaat van de man heeft in een brief aangegeven dat hij wegens ziekte niet in staat was om het beroepschrift in zesvoud over te leggen. Ondanks meerdere uitstelverzoeken en herinneringen van de griffier, heeft de advocaat niet voldaan aan de voorwaarden van het Procesreglement. Op 13 januari 2011 was er een zitting gepland, maar beide partijen zijn niet verschenen. Het hof heeft vastgesteld dat de advocaat van de man niet aan de procesvoorwaarden heeft voldaan en dat het hof daardoor onvoldoende geïnformeerd is om het hoger beroep te kunnen beoordelen.
Gelet op deze processuele tekortkomingen heeft het hof de man niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep. De beslissing is openbaar uitgesproken en de zaak is geregistreerd onder zaaknummer HV 200.070.515. De advocaat van de man was mr. C.J.A.P. Rameckers en de advocaat van de vrouw was mr. R. Mastenbroek. De uitspraak benadrukt het belang van het naleven van procesreglementen en de gevolgen van het niet voldoen aan deze vereisten.