8.1.1.In r.o. 3.1 a tot en met m heeft de rechtbank vastgesteld van welke feiten in dit geschil wordt uitgegaan. Met de grieven 1 en 2 wordt deze vaststelling bestreden. Het hof zal een zeer korte samenvatting geven van de onbetwiste feiten die in hoger beroep het uitgangspunt vormen.
8.1.2.Het gaat in deze zaak om het volgende.
[appellant] en [geintimeerde sub 2.] huurden beide van [C.] een (of meer) loods(en). Zij hadden samen één elektriciteitsmeter. [geintimeerde sub 2.] was de hoofdverbruiker en hij factureerde een deel van het door hem maandelijks aan de energiemaatschappij Enexis betaalde bedrag voor elektriciteit door aan [appellant]. Tussen partijen ontstond discussie over de hoogte van het ter zake door [appellant] aan [geintimeerde sub 2.] verschuldigde bedrag. [appellant] betaalde namelijk sinds 1 januari 2007 € 200,-- excl. btw per maand aan [geintimeerde sub 2.], maar op 27 augustus 2008 stelde [geintimeerde sub 2.] dat dit bedrag verre van toereikend was om de door [appellant] verbruikte elektriciteit te dekken. In september 2007 had [geintimeerde sub 2.] aan [appellant] nog € 2.856,-- (incl. btw) voor stroomverbruik in 2007 gefactureerd, welk bedrag door [appellant] is voldaan. In augustus 2008 factureerde [geintimeerde sub 2.] voor aanvullende stroomkosten over 2007 het bedrag van € 6.000,-- (excl. btw) en voor januari tot en met juni 2008 € 4.200,-- (excl. btw). Op 11 december 2008 factureerde [geintimeerde sub 2.] voor de stroomkosten juli tot en met december 2008 (incl. btw) € 4.998,-- . [appellant] heeft tegen deze rekeningen geprotesteerd. Op 23 december 2008 heeft [appellant] € 1.500,-- betaald voor zijn elektriciteitsverbruik in 2008.
8.1.3.Op 29 januari 2009 heeft een gesprek plaatsgevonden waarbij aanwezig waren onder meer [appellant], [geïntimeerde sub 2.] en de heer [C.]. Van dit gesprek is door [geintimeerde sub 2.] een verslag opgemaakt (prod. 6 inl. dagv.) dat [appellant] ook ontvangen heeft. Onder meer staat in dit verslag vermeld onder het hoofdje Verloop gesprek: “De heer [appellant] [blijft] bij zijn standpunt dat hij minder verbruikt dan de € 200,00 excl. btw die hij moet betalen. (..) Hij wil de kosten van een eigen meter zelf dragen, maar als blijkt dat hij in zijn recht staat wil hij deze kosten gedeeld zien met de heer [geintimeerde sub 2.]. De heer [geintimeerde sub 2.] blijft bij zijn standpunt dat de heer [appellant] meer verbruikt dan aangenomen. Hij wil dat de heer [appellant] alle facturen voldoet. Indien blijkt dat de heer [appellant] inderdaad in zijn recht staat zal de heer [geintimeerde sub 2.] het verschil terugbetalen. Dit zal bekeken worden nadat de heer [appellant] een jaar lang zijn eigen meter heeft gebruikt. (..)”. Onder het hoofdje Afspraken staat weergegeven dat de heer [C.] enkele kwesties rond mogelijk gebruik door derden van stroom in de loodsen zal onderzoeken. Voor wat partijen betreft staat daar slechts vermeld: “De heer [geintimeerde sub 2.] zal de heer [C.] een overzicht van betaalde energiekosten 2008 toezenden.”
Op 4 maart 2009 heeft een vervolggesprek plaatsgevonden, waarbij (onder meer) ook aanwezig waren de heren [D.] en [E.], die de (Steenbergse) Bedrijven Contactdagen organiseerden. [appellant] stelt het gespreksverslag, dat door [geintimeerde sub 2.] van die bespreking is opgemaakt, niet ontvangen te hebben.
8.1.4.Op 5 maart 2009 heeft [geintimeerde sub 2.] aan [appellant] geschreven: “Naar aanleiding van de bespreking dd. 04-03-2009 doen wij u toekomen een factuur voor de stroomkosten 2007, 2008 en januari t/m april 2009. In totaal bent u € 12.138,00 verschuldigd. Op 23-12-2008 heeft u € 1.500,00 betaalt. Het nog openstaand bedrag is € 10.638,00. Zoals afgesproken zal dit bedrag dd. 05-03-2009 aan ons overgemaakt worden.
Daarnaast is afgesproken dat u binnen 2 maanden een nieuwe stroomaansluiting laat aanleggen. (..)” (prod. 3 cva).
[appellant] heeft aan [geintimeerde sub 2.] betaald op 5 maart 2009 € 8.211,-- en op 18 maart 2009 € 2.427--, in totaal derhalve € 10.638,--.
8.1.5.In april 2009 heeft [appellant] een eigen aansluiting verkregen. Hij heeft daarvan zelf de kosten gedragen. [F.] heeft via een ongedateerde factuur aan [appellant] in rekening gebracht voor werkzaamheden ten behoeve van aanleg elektra incl. btw het bedrag van € 3.748,50 en Enexis heeft op 10 april 2009 voor de aansluiting incl. btw het bedrag van € 1.013,88 gefactureerd (prod. 7 inl. dagv.). In februari 2011 is [appellant] uit de loods(en) vertrokken.
8.1.6.[appellant] heeft op 25 februari 2010, met een beroep op het gespreksverslag van 29 januari 2009 van [geintimeerde sub 2.] terugbetaling gevorderd van € 12.451,97 ter zake door hem aan [geintimeerde sub 2.] te veel betaalde elektriciteitskosten. Met een beroep op de op 4 maart 2009 gemaakte afspraken heeft [geintimeerde sub 2.] dit afgewezen. Vervolgens heeft [appellant] [geintimeerde sub 2.] in rechte betrokken en in eerste aanleg gevorderd € 10.503,-- ter zake te veel betaalde elektriciteitskosten en € 4.762,38 ter zake aanleg van de eigen meter van [appellant]. In hoger beroep bedraagt de hoofdvordering van [appellant] (na herberekening en vermindering van eis) € 8.656,79 ter zake te veel betaalde elektriciteitskosten en € 4.762,38 ter zake aanleg van de eigen meter.