7.2.1.Het gaat in deze zaak om het volgende:
a. Tussen BLS en [Tanktransport] Tanktransport B.V. (verder: HdHT BV) is een vervoerovereenkomst (prod. 21 concl.v.antw. in conv.) gesloten die op 24 november 2005 is ondertekend door de bestuurders van voormelde vennootschappen, de heren [bestuurder van BLS] (BLS) en [bestuurder van HdHT BV] (HdHT BV).
b. Bij voormelde overeenkomst droeg BLS de uitvoering van haar transporten van bulk petroleum producten op aan HdHT BV. De overeenkomst werd aangegaan per 1 december 2005. Onder 1.3 van de overeenkomst is bepaald: “Vervoerder (hof: HdHT BV) kan dit contract niet eerder dan per 30/11/2010 beëindigen tenzij de vervoerder zijn activiteiten staakt of één van de onderstaande situaties ontstaat, in dat geval kan de vervoer met een opzegtermijn van 1 maand de overeenkomst beëindigen: - één der partijen de verplichtingen uit deze overeenkomst niet nakomt; - één der partijen surséance van betaling aanvraagt.”
c. In een aantal bijlagen bij de overeenkomst zijn voorts afspraken gemaakt over (onder meer) tarieven voor de verschillende contract- en dienstenvormen en de tariefstructuur.
d. Op 7 augustus 2006 is door [bestuurder van HdHT BV] namens HdHT BV (seller) en [purchaser EB Trans] namens EB Trans (purchaser) een overeenkomst ondertekend houdende de verkoop door HdHT BV aan EB Trans van “the fixed assets and long term liabilities of the fuel distribution activity”(prod. 2 inl. dagv.). In de overeenkomst is vermeld dat een mondelinge overeenstemming van partijen hierover dateert van 14 april 2006 en dat de overnamedatum is bepaald op 1 september 2006. In de overeenkomst is verder vermeld dat de handelsnaam door de koper zal worden gehandhaafd doch de rechten op die naam bij de verkoper blijven. [bestuurder van HdHT BV] werd benoemd tot algemeen directeur van EB Trans.
e. Bij brief van 1 september 2006 heeft [bestuurder van HdHT BV] namens HdHT BV aan BLS (t.a.v. [bestuurder van BLS]) geschreven: “Zoals je weet heb ik in 2004 de stap genomen een eigen onderneming te starten op het gebied van Tanktransport. (...) Om als brandstof transporteur mee te kunnen gaan in deze ontwikkeling en het hoofd te kunnen bieden aan deze ontwikkeling zijn wij op zoek gegaan naar een Europese sterke partner waarmee wij verder de kansen in de markt aankunnen en de kwaliteit van de dienstverlening naar de klant kunnen waarborgen. Per 1 september 2006 hebben wij een akkoord bereikt met de Franse onderneming Eb Trans SA, om naar de toekomst toe, de continuïteit te kunnen waarborgen. Onder de naam [Tanktransport] Tanktransport en met dezelfde mensen worden de werkzaamheden op de afgesproken wijze voortgezet. (..) Ik ga ervan uit, jou hiermee duidelijk te hebben geïnformeerd en vertrouw op een voortzetting van de prettige en goede samenwerking.”
f. Na 1 september 2006 bleef het transport voor BLS uitgevoerd worden op dezelfde wijze als voorheen, met dezelfde tankauto’s en dezelfde chauffeurs en op de tussen BLS en HdHT BV overeengekomen voorwaarden. Aan BLS werden daarvoor facturen gezonden met het opschrift “[Tanktransport] Tanktransport [vestigingsplaats]”. Onderaan de facturen stonden dezelfde gegevens (adres, telefoonnummer, faxnummer, webadres, e-mailadres, KvK nummer en BTW nummer) vermeld als ook onder op het briefpapier van HdHT BV vermeld stonden (zie o.m. prod. 5 inl. dagv. en brief 14 december 2007, prod. 4 concl.v.antw.). Op de factuur werd betaling verzocht op “ons rekeningnummer [rekeningnummer sub 1.] bij de Rabobank te [vestigingsplaats]”. Laatstgenoemd rekeningnummer betreft een ten name van EB Trans gesteld rekening. De vermelde KvK en BTW nummers betroffen ten name van EB Trans gestelde nummers.
g. Na het aangaan van de overeenkomst tussen BLS en HdHT BV zijn, ook na 1 september 2006, door [bestuurder van BLS] en [bestuurder van HdHT BV] namens voormelde vennootschappen nog addenda bij de overeenkomst ondertekend, behelzende aanpassingen van in de bijlagen bij de overeenkomsten neergelegde afspraken (prod. 3 concl.v.antw.: 11 december 2006 en 20 december 2006) met ingang van 1 januari 2007.
h. Bij brief van 21 augustus 2007 aan BLS, t.a.v. [bestuurder van BLS], heeft [bestuurder van HdHT BV] namens HdHT BV aan BLS geschreven: “Via deze brief wil ik u meedelen dat wij alle overeenkomsten conform de opzegtermijnen met Bottom line Sceduling B.V. willen opzeggen. Als hoofdreden voor dit besluit geldt dat de gemaakte afspraken niet worden nagekomen (...)” . Tussen BLS en HdHT BV is hierover verder gecorrespondeerd (prod. 4 concl. v. antw.) en bij de onder f vermelde brief van 14 december 2007 met het briefhoofd HdHT BV heeft [bestuurder van HdHT BV] bevestigd “dat aan de huidige contractuele verplichtingen tot nadere berichtgeving zal worden voldaan”.
i. Begin 2008 heeft de raadsman van BLS HdHT BV aangeschreven naar aanleiding van een gerucht dat HdHT BV voornemens zou zijn de dienstverlening betreffende de vestigingen [vestiging A.] en [vestiging B.] te stoppen (prod. 5 concl.v.antw.). Na de bevestiging van die informatie heeft BLS de betaling van twee facturen opgeschort en aan HdHT BV een kort geding in het vooruitzicht gesteld. Bij brief van 1 april 2008 heeft de heer [medewerker HdHT BV] namens HdHT BV de advocaat van BLS geschreven: “(...) Een en ander, heeft volgens u, betrekking op een overeenkomst welke is aangegaan eind 2005. (..) Per 01 september 2006 heeft [Tanktransport] Tanktransport BV al haar activiteiten met betrekking tot de brandstoffenmarkt in Nederland overgedragen aan EB Trans SA/EB Trans Nederland BV. (...) Daar wij, als [Tanktransport] Tanktransport BV, vanaf voornoemde datum niet meer uitvoering geven aan bedoelde zaken in de brandstofmarkt zijn wij van mening dat u zich in deze aan de verkeerde partij heeft gewend. Wij verzoeken u dan ook vriendelijk en dringend in voorliggende kwestie de juiste partij in Kort Geding te betrekken (...).”
j. BLS heeft vervolgens in kort geding van HdHT BV nakoming van de vervoerovereenkomst van 24 november 2005 gevorderd op straffe van verbeurte van een dwangsom. Die vordering is bij vonnis in kort geding van 16 mei 2008 toegewezen. De voorzieningenrechter verwierp daarbij het verweer van HdHT BV dat de vervoerovereenkomst door EB Trans was overgenomen en BLS de verkeerde persoon in rechte had betrokken. Het vonnis van de voorzieningenrechter is bij arrest van dit hof van 14 juli 2009 bekrachtigd.
k. Op 15 april 2008 heeft EB Trans [bestuurder van HdHT BV] ontslagen als bestuurder van EB Trans en op 22 april 2008 heeft zij het gebruik van de handelsnaam [Tanktransport] Tanktransport gestaakt.
l. Aan BLS zijn tot en met 14 april 2008 facturen gestuurd met het opschrift [Tanktransport] Tanktransport [vestigingsplaats]; de facturen vanaf 30-04-2008 dragen het opschrift Eb-trans, Transport + Service.
m. In de maanden mei en juni 2008 zijn er contacten per e-mail en in persoon geweest tussen de heer [bestuurder van de moedermaatschappij EB Trans SA], bestuurder van de moedervennootschap EB Trans SA, en [bestuurder van BLS]. Onderwerp van die contacten was de vraag of tussen EB Trans en BLS tot afspraken ter continuering van de transporten door EB Trans kon worden gekomen.
In een e-mail van 7 mei 2008 (prod. 23 EB Trans) schrijft [bestuurder van de moedermaatschappij EB Trans SA] (Ebtrans D.R. Nord) aan [bestuurder van BLS]: ”I understood that BLS has right now some claims with HDHTT which is not part of our group and this complaint doesn’t concern EBTNL; EBT group always hopes to make business with BLS, and I should like to meet you to focus on our relations in BELGIUM and NETHERLANDS. (..)”
In een e-mail van 30 mei 2008 (prod. 28 EB Trans) schrijft [bestuurder van de moedermaatschappij EB Trans SA]: “I’m following up on our meeting on [plaatsnaam] last Thursday. I took notice that you hope to have a contract between EBTNL and BLS/VDS to replace the one you had with HDHTT. As supervisor of EBTNL, I’m ready to discuss open minded all the terms of such a contract. (..) until this date I am ready to continue to provide services like in May. If no agreement is reached before this date we’ll stop our relation (...) We require, as you will certainly understand, that you pay right now the outstanding amount for previous services which, according tot my knowledge amounts to € 79.320,95 (...).”.
Bij e-mail van 24 juni 2008 heeft [bestuurder van BLS] op laatstgenoemde e-mail als volgt gereageerd: “(..) We are prepared to consider your suggestion to take over the contract that BLS has with HdHT BV if this contract will be continued with total substitution of all conditions agreed an including takeover all claims and debts of HdHT on us. New negotiations can only take place as per the end of this contract i.e. per November 30th 2010 (...) With regard to your question about invoices, I want to inform you that these invoices are related to the HdHT contract and that EBTrans Nederland is not entitled to demand payment. (..)”.
n. EB Trans heeft voor BLS nog tot 1 juli 2008 vervoerswerkzaamheden verricht. Per 1 juli 2008 heeft EB Trans de uitvoering van die werkzaamheden beëindigd. Per diezelfde datum heeft de Belgische deelneming van EB Trans SA, waarmee BLS een overeenkomst had in België, de vervoerswerkzaamheden voor BLS beëindigd.
o. Medio november 2008 heeft BLS de vervoerovereenkomst met HdHT BV op grond van wanprestatie van HdHT BV ontbonden.