ECLI:NL:GHSHE:2013:3010
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- J.A.M. van Schaik-Veltman
- J.C.J. van Craaikamp
- M.W.M. Souren
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot tussentijds openstellen van cassatieberoep in faillissementszaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 9 juli 2013 een aanvullend arrest gewezen in het hoger beroep van Fortis Bank N.V. tegen de curator in de faillissementen van een gerechtsdeurwaarderskantoor. Fortis had verzocht om tussentijds cassatieberoep open te stellen tegen een eerder tussenarrest van 4 juni 2013. De advocaat van Fortis, mr. B.F.H. Scheltema, stelde dat het noodzakelijk was om de bevoegdheid van de Nederlandse rechter ter toetsing voor te leggen aan de Hoge Raad, omdat er een kans bestond dat de Hoge Raad een prejudiciële vraag aan het Hof van Justitie zou moeten stellen. Fortis vreesde dat het onwenselijk zou zijn om de hoofdzaak eerst in Nederland uit te procederen, om vervolgens in België opnieuw te moeten procederen.
De curator, vertegenwoordigd door mr. Y.H.M. Einig, betwistte het belang van Fortis bij een tussentijdse toetsing en voerde aan dat een tussentijds beroep in cassatie zou leiden tot onacceptabele vertraging en hogere kosten voor de boedel. Het hof erkende het belang van Fortis, maar oordeelde dat het belang van de curator bij voortgang van de hoofdzaak zwaarder woog. Het hof wees erop dat Fortis al eerder de gelegenheid had gekregen om de bevoegdheidsvraag voor te leggen aan twee rechterlijke instanties. Het hof concludeerde dat het openstellen van tussentijds cassatieberoep zou leiden tot onacceptabele vertraging van de procedure en wees het verzoek van Fortis af.
De beslissing van het hof was dus dat het verzoek van Fortis om tussentijds cassatieberoep open te stellen werd afgewezen, waarmee de voortgang van de hoofdzaak werd gewaarborgd.