In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 16 oktober 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank 's-Hertogenbosch. De verdachte was eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie maanden voor het voorhanden hebben van een wapen en munitie. Het hof heeft de zaak opnieuw beoordeeld naar aanleiding van het hoger beroep van de verdachte. De verdachte werd aangetroffen op een parkeerplaats in Best na een 112-melding, waarbij hij een wapen en munitie in zijn jas had. Het hof verwierp het verweer van de verdediging dat de 112-melding onvoldoende grond bood voor een redelijk vermoeden van schuld. Het hof oordeelde dat de vraag van de politie aan de verdachte of hij een wapen bij zich had, gezien de omstandigheden, als een vordering tot uitlevering van dat wapen kon worden beschouwd. De verdediging had vrijspraak bepleit, maar het hof oordeelde dat er voldoende bewijs was voor de tenlastelegging. Het hof heeft de eerdere veroordeling vernietigd en de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf maanden, waarbij het hof rekening hield met de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het was begaan. Het hof heeft ook het in beslag genomen vuurwapen en de munitie onttrokken aan het verkeer. De beslissing is gegrond op de relevante artikelen van het Wetboek van Strafrecht en de Wet wapens en munitie.