Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.[geïntimeerde 1],wonende te [woonplaats],
[geïntimeerde 2],wonende te [woonplaats],
1.Het geding in eerste aanleg (zaaknr. 148440/HA ZA 10-213)
2.Het geding in hoger beroep
3.De gronden van het hoger beroep
4.De beoordeling
Indien door partijen een door hen gezamenlijk te bewonen woning (…) gezamenlijk wordt verkregen, zal de partij die uit eigen middelen meer dan haar aandeel van de koopsom en de kosten heeft betaald voor het meerdere een vordering hebben op de andere partij. Deze vordering is opeisbaar bij vervreemding van de woning en bij ontbinding van deze overeenkomst. De vordering zal geen rente dragen.
Deze overeenkomst eindigt door overlijden van één van de partijen;
Ter verdere uitwerking van het bepaalde in artikel 6 lid 4 verklaart mevrouw [geïntimeerde 1] (…) wegens heden ter leen ontvangen gelden aan de heer [erflater] (…) schuldig te zijn een bedrag, groot vijftig duizend euro (€ 50.000,00), die deze schuldbekentenis aanneemt. Aflossing van deze geldlening vindt plaats bij verkoop van de woning gelegen te [plaats], gemeente Sittard-Geleen, [perceel], dan wel bij beëindiging van de samenwoningsrelatie. Het geleende bedrag maakt uit een percentage groot van vijftig duizend euro (€ 50.000,00) van de totale investering voor de aankoop van genoemd woonhuis, de overdrachtskosten en de voorgenomen verbouwingskosten/verbeteringskosten. Het af te lossen bedrag zal eenzelfde percentage bedragen van de verkoopwaarde van genoemd woonhuis. Er is verder geen rente verschuldigd.(…)