Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte],
feit 1), zware mishandeling (
feit 2 primair), mishandeling (
feit 3 subsidiair) en bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht (
feit 4 en 5) ontslagen van alle rechtsvervolging en is de plaatsing van verdachte in een psychiatrisch ziekenhuis voor de duur van één jaar gelast. Voorts heeft de rechtbank beslist over de vorderingen van de benadeelde partijen.
hij op of omstreeks 29 mei 2013 te Eindhoven opzettelijk mishandelend een persoon (te weten [aangever 1] (verpleegkundig begeleider GGzE)), (met kracht) (met geschoeide voet) tegen haar been, in elk geval haar lichaam, heeft geschopt, ten gevolge waarvan die [aangever 1] ten val is gekomen, waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
hij op of omstreeks 29 mei 2013 te Eindhoven aan een persoon genaamd[aangever 2] (medewerker begeleiding GGzE), opzettelijk zwaar lichamelijk letsel (een gebroken neus), heeft toegebracht, door deze opzettelijk meermalen, althans eenmaal, (met kracht) (met gebalde vuist) in/tegen diens gezicht, in elk geval diens lichaam, te slaan;
hij op of omstreeks 29 mei 2013 te Eindhoven ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan een persoon genaamd[aangever 2] (medewerker begeleiding GGzE), opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet die [aangever 2] meermalen, althans eenmaal, (met kracht) (met gebalde vuist) in/tegen diens gezicht, in elk geval diens lichaam, heeft geslagen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op of omstreeks 29 mei 2013 te Eindhoven ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan een persoon genaamd [aangever 3] (verpleegkundig begeleider GGzE), opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet die [aangever 3] meermalen, althans eenmaal, (met kracht) (met gebalde vuist) tegen diens hoofd, in elk geval diens lichaam, heeft geslagen, ten gevolge waarvan die [aangever 3] ten val is gekomen en/of (vervolgens) terwijl die [aangever 3] op de grond lag, meermalen, althans eenmaal, (met kracht) (met geschoeide voet) tegen diens lichaam heeft geschopt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op of omstreeks 29 mei 2013 te Eindhoven opzettelijk mishandelend een persoon (te weten [aangever 3] (verpleegkundig begeleider GGzE)), meermalen, althans eenmaal, (met kracht) (met gebalde vuist) tegen diens hoofd, in elk geval diens lichaam, heeft geslagen, ten gevolge waarvan die [aangever 3] ten val is gekomen en/of (vervolgens) terwijl die [aangever 3] op de grond lag, meermalen, althans eenmaal, (met kracht) (met geschoeide voet) tegen diens lichaam heeft geschopt, waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
hij op of omstreeks 14 juni 2013 te Eindhoven[aangever 4] (verpleegkundig begeleider GGzE) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde die [aangever 4] dreigend de woorden toegevoegd: ‘Als ik hier uit ben dan maak ik je dood met een mes of ik schiet je dood met een pistool’ en/of ‘[persoon 1], pak jij hem, vermoord hem’, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
hij op of omstreeks 11 juni 2013 te Eindhoven [aangever 5] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend zijn hand(en) in de richting van de keel/nek van die [aangever 5] gebracht en/of (daarbij) deze dreigend de woorden toegevoegd : ‘Ik maak jou dood en jouw familie ook’, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking.
hij op 29 mei 2013 te Eindhoven opzettelijk mishandelend een persoon, te weten [aangever 1] (verpleegkundig begeleider GGzE), met kracht tegen haar been heeft geschopt, waardoor deze letsel heeft bekomen en pijn heeft ondervonden;
hij op 29 mei 2013 te Eindhoven ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan een persoon genaamd[aangever 2] (medewerker begeleiding GGzE), opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet die [aangever 2] met kracht tegen diens gezicht heeft geslagen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op 29 mei 2013 te Eindhoven opzettelijk mishandelend een persoon, te weten [aangever 3] (verpleegkundig begeleider GGzE), met kracht met gebalde vuist tegen diens hoofd heeft geslagen, ten gevolge waarvan die [aangever 3] ten val is gekomen en vervolgens terwijl die [aangever 3] op de grond lag meermalen met kracht tegen diens lichaam heeft geschopt, waardoor deze letsel heeft bekomen en pijn heeft ondervonden;
hij op 14 juni 2013 te Eindhoven[aangever 4] (verpleegkundig begeleider GGzE) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde die [aangever 4] dreigend de woorden toegevoegd: ‘Als ik hier uit ben dan maak ik je dood met een mes of ik schiet je dood met een pistool’, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
hij op 11 juni 2013 te Eindhoven [aangever 5] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend zijn hand in de richting van de keel van die [aangever 5] gebracht en daarbij deze dreigend de woorden toegevoegd : ‘Ik maak jou dood en jouw familie ook’, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking.
Mishandeling.
Poging tot zware mishandeling.
Bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.
BESLISSING
1 (één) jaar.
Vordering van de benadeelde partij [aangever 1]
€ 300,00 (driehonderd euro) ter zake van immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Vordering van de benadeelde partij[aangever 2]
€ 1.277,16 (duizend tweehonderdzevenenzeventig euro en zestien cent) bestaande uit € 277,16 (tweehonderdzevenenzeventig euro en zestien cent) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Vordering van de benadeelde partij [aangever 3]
€ 300,00 (driehonderd euro) ter zake van immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.