ECLI:NL:GHSHE:2014:3527
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- N.J.M. van Etten
- C.D.M. Lamers
- M.J. van Laarhoven
- Rechtspraak.nl
Afwikkeling huwelijkse voorwaarden in hoger beroep met betrekking tot de verdeling van vermogen
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, betreft het een hoger beroep over de afwikkeling van huwelijkse voorwaarden tussen een man en een vrouw na hun echtscheiding. De uitspraak is gedaan op 9 september 2014, na eerdere tussenarresten van 8 februari 2011 en 31 december 2013. De man, appellant in principaal hoger beroep, betwistte de peildatum voor de verdeling van de gemeenschap, die door de rechtbank was vastgesteld op 11 december 2008. Het hof oordeelde dat de man niet voldoende feitelijke gegevens had aangeleverd om zijn stellingen te onderbouwen, en dat de vrouw, die over relevante informatie beschikte, deze niet had verstrekt. De vrouw had op 14 februari 2014 een akte met bijlagen ingediend, maar het hof oordeelde dat de man onvoldoende bewijs had geleverd voor zijn claims over vermeende verspilling van vermogen door de vrouw.
Het hof concludeerde dat de vrouw aan de man een bedrag van € 16.697,95 diende te betalen, naast een eerder vastgesteld bedrag van € 172.460,-. De vrouw had in het incidentele appel betoogd dat de vordering van de man afgewezen moest worden op basis van door haar geopenbaarde feiten, waaronder haar claim dat zij slachtoffer was van mensenhandel. Het hof verwierp deze stelling, omdat de vrouw haar claims niet voldoende had onderbouwd met bewijs. De uitspraak van de rechtbank werd in grote lijnen bekrachtigd, met de toevoeging van de veroordeling tot betaling van het bedrag aan de man, vermeerderd met wettelijke rente. De kosten van beide procedures werden gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten droeg.