In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 24 november 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter te Roermond. De zaak betreft de ontvankelijkheid van het openbaar ministerie in een strafzaak waarin een strafbeschikking was uitgevaardigd. De verdachte was niet verzekerd voor een motorrijtuig en had een geldboete opgelegd gekregen. De kantonrechter had het openbaar ministerie niet-ontvankelijk verklaard, omdat het niet had voldaan aan de wettelijke verplichtingen voor de tenuitvoerlegging van de strafbeschikking. Het hof heeft echter geoordeeld dat het openbaar ministerie wel degelijk bevoegd was om de zaak voor de strafrechter te brengen, ondanks dat er geen volledige incassomogelijkheden waren benut. Het hof heeft de beslissing van de kantonrechter vernietigd en de verdachte alsnog veroordeeld tot een voorwaardelijke geldboete van € 380,00, subsidiair 7 dagen hechtenis. Het hof heeft daarbij rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder haar financiële situatie en het feit dat zij nooit eerder met justitie in aanraking is geweest. De uitspraak benadrukt de beleidsvrijheid van het openbaar ministerie in het kader van de tenuitvoerlegging van strafbeschikkingen en de mogelijkheid om een zaak voor de strafrechter te brengen zonder dat alle incassomogelijkheden zijn uitgeput.