ECLI:NL:GHSHE:2014:5990

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
8 september 2014
Publicatiedatum
29 mei 2015
Zaaknummer
20/002424-13
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen afwijzing ontnemingsvordering

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 8 september 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Maastricht. De zaak betreft een ontnemingsvordering die door de officier van justitie was ingediend, maar door de politierechter op 28 augustus 2012 was afgewezen. De veroordeelde, die geen bekende woon- of verblijfplaats had, heeft hoger beroep ingesteld tegen deze afwijzing. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die stelde dat de veroordeelde niet-ontvankelijk verklaard moest worden in zijn hoger beroep. Het hof heeft vastgesteld dat volgens artikel 511g van het Wetboek van Strafvordering, de regels omtrent hoger beroep tegen ontnemingsbeslissingen van toepassing zijn. Het hof oordeelde dat de afwijzing van de ontnemingsvordering gelijkgesteld kan worden met een vrijspraak, waartegen geen hoger beroep openstaat. Aangezien de veroordeelde geen rechtens te respecteren belang had bij het hoger beroep, heeft het hof besloten om de veroordeelde niet-ontvankelijk te verklaren in zijn hoger beroep. De beslissing werd genomen door de meervoudige kamer voor strafzaken, onder leiding van voorzitter mr. C.M. Hilverda, en de raadsheren mr. N.J.L.M. Tuijn en mr. N.J.M. Ruyters, met mr. M.M. Tatters als griffier.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer : 20-002424-13 OWV
Uitspraak : 8 september 2014
TEGENSPRAAK
ONTNEMINGSZAAK

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof

's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Maastricht van 28 augustus 2012 op de vordering ex artikel 36e, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, in de zaak met parketnummer 03-097957-12 tegen:

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande,
postadres volgens opgave van veroordeelde ter terechtzitting in hoger beroep:
[adres].
Hoger beroep
Bij voormeld vonnis werd de vordering van de officier van justitie ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel afgewezen.
De veroordeelde heeft tegen voormelde beslissing hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de veroordeelde en zijn raadsman naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof de veroordeelde niet-ontvankelijk zal verklaren in zijn hoger beroep.
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
Het hoger beroep van de veroordeelde richt zich tegen de beslissing van de eerste rechter tot afwijzing van de vordering van de officier van justitie ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel.
In artikel 511g van het Wetboek van Strafvordering inzake het hoger beroep tegen een ontnemingsbeslissing, wordt in het tweede lid, bepaald dat titel II van het derde Boek, en daarmee het bepaalde in artikel 404 van dat wetboek, van overeenkomstige toepassing is. In laatstgenoemd artikel is bepaald dat tegen een vrijspraak geen hoger beroep openstaat. Nu naar ’s hofs oordeel een afwijzing van een ontnemingsvordering gelijk is te stellen met een vrijspraak en veroordeelde ook anders niet enig in rechte te respecteren belang heeft bij dit rechtsmiddel, zal het hof veroordeelde niet-ontvankelijk verklaren in het hoger beroep.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de veroordeelde niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Aldus gewezen door:
mr. C.M. Hilverda, voorzitter,
mr. N.J.L.M. Tuijn en mr. N.J.M. Ruyters, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. M.M. Tatters, griffier,
en op 8 september 2014 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
mr. M.M. Tatters is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.