ECLI:NL:GHSHE:2015:2676
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Incident ex artikel 351 Rv en artikel 235 Rv in faillissementszaak met curator
In deze zaak, gewezen door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 14 juli 2015, betreft het een incident in hoger beroep dat is ingeleid door [appellant], die in de hoofdzaak gedaagde is. De appellant, vertegenwoordigd door mr. P.J.A. van de Laar, heeft hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Limburg, dat op 11 februari 2015 is gewezen. In het incident vordert de appellant primair de schorsing van de uitvoerbaarheid van het vonnis en subsidiair dat de curator zekerheid stelt voor een bedrag van € 22.500,-. De curator, mr. Matheus Augustinus Johannes Marie Muijres, vertegenwoordigd door mr. M.H.E. Brands, verzet zich tegen deze vorderingen.
De rechtbank had in het bestreden vonnis de appellant veroordeeld om de gekochte inventaris van de Zonnestudio binnen 14 dagen in de macht van de curator te brengen, op straffe van een dwangsom. De appellant stelt dat het vonnis niet in stand kan blijven en dat er sprake is van een negatieve boedel, wat het restitutierisico vergroot. Het hof overweegt dat voor toewijzing van de incidentele vordering op grond van artikel 351 Rv sprake moet zijn van misbruik van recht, wat in dit geval niet is aangetoond. De appellant heeft geen nieuwe omstandigheden aangevoerd die een heroverweging rechtvaardigen.
Het hof wijst de vorderingen van de appellant af en veroordeelt hem in de proceskosten van het incident. De zaak wordt verwezen naar de rol voor partijberaad, waarbij verdere beslissingen worden aangehouden. Het arrest is openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 14 juli 2015.