Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaaknr. 214005/HAZA 10-106)
2.Het geding in hoger beroep
- de memorie van grieven met zestien grieven;
- de memorie van antwoord;
- het op 21 mei 2015 gehouden pleidooi, waarbij beide partijen pleitnotities hebben overgelegd;
- de bij H-12 formulier van 7 mei 2015 c.q. bij brief van 7 mei 2015 door [appellant] toegezonden productie vijf, die [appellant] bij het pleidooi bij akte in het geding heeft gebracht.
3. De beoordeling
(…)
Artikel 16 Betaling van de uitkeringDe uitbetaling van de door de maatschappij verschuldigd geworden termijnen geschiedt telkens na één maand
(…)
Artikel 20 Restitutie van premie in verband met arbeidsongeschiktheidZolang verzekerde een uitkering ontvangt krachtens rubriek B zal de over die periode betaalde premie voor Rubriek A en B naar evenredigheid van die uitkering worden gerestitueerd. De premierestitutie vindt achteraf op de hoofdpremievervaldag plaats.
(…)
(…)
23.4 zodra verzekerde met betrekking tot de melding en/of behandeling van een schade opzettelijk een verkeerde voorstelling van zaken geeft of een onware opgave doet en de maatschappij op grond hiervan de verzekering opzegt.
(…)”
2.2.1 Medisch
Verzekerde vertelt dat de belastbaarheid van de rechter schouder en arm zeer beperkt blijft. Bij heffen van de rechterarm boven schouderhoogte treedt subluxatie van het rechter SC gewricht op. Het uiteinde van zijn sleutelbeen schiet naar boven bij het uitoefenen van kracht, zoals duwen en trekken met een kracht van meer dan 5 kg. Het dragen van een boodschappentas met de rechterarm naast het lichaam van meer dan 5 kg, roept al pijnontwikkeling op. Duwen en trekken op borsthoogte is beperkt tot max 5 kg. Repeterende bewegingen (afwisselend reiken en kracht zetten) op borsthoogte is voor verzekerde niet mogelijk. Alleen wanneer hij de rechterarm en schouder niet belast is hij vrij van pijn. Bij belasting ontwikkelt hij pijn vanaf het schouderblad uitstralend naar de voorzijde in het sleutelbeen gebied.
(…)
2.2.3 Werkzaamheden
(…)
Op maandag is zijn vrije dag, op deze dag zorgt hij voor de kinderen, doet de was, voert huishoudelijke taken uit, waarbij hij voornamelijk de linkerarm belast, doet de was, de strijk etc. Op dinsdag, woensdag en donderdag voert hij reparatiewerkzaamheden uit gedurende 1 uur per dag. Zijn oudste zoon van 16 jaar helpt verzekerde dan bij het repareren en polijsten. Verzekerde controleert het werk van zijn zoon. Verzekerde levert verder op die dag het werk bij klanten/opdrachtgevers af.
Op vrijdag, zaterdag en zondag werkt verzekerde niet. Hij vangt op die dagen de kinderen op. Verzekerde wandelt regelmatig in de bossen (20 km) om in conditie te blijven. Verzekerde zwemt niet meer omdat de beperkte belastbaarheid van de rechterschouder dat niet toelaat.
(…)”
ANAMNESE:
Betrokkene geeft aan dat hij sinds 2003 bekend is met recidiverende schouderluxaties rechts. Hij zou de eerste schouderluxatie al in 1993 hebben doorgemaakt. Hij zou er echter weinig hinder van hebben ondervonden. In 2003 heeft hij tijdens een beweging met zijn arm naar achteren een schouderluxatie doorgemaakt. De luxatie is destijds behandeld in het Amphia ziekenhuis door middel van een onbloedige repositie. Na een periode van rust en immobilisatie is een oefenprogramma opgestart. Betrokkene geeft aan dat hij tot op heden vier schouderluxaties rechts heeft doorgemaakt. De meeste luxaties heeft hij zelf kunnen reponeren. Hij heeft ruim een jaar een fysiotherapie oefenprogramma gevolgd bij OCA in [plaats]. Betrokkene geeft aan dat hij hiervan geen gunstig resultaat van heeft ondervonden. Hij heeft nog geprobeerd te gaan zwemmen, maar ook dit heeft in verband met de pijnklachten niet het gewenste resultaat gegeven. Geleidelijk aan zijn er in 2006 nog pijnklachten ontstaan aan de ventrale zijde van zijn thorax, ter plaatse van zijn borstbeen rechts. (…)
HUIDIGE ANAMNESE:
Betrokkene geeft aan dat de pijnklachten in zijn rechter schouder meer op de voorgrond staan dan de klachten over het sternoclaviculaire gewricht rechts. Er zijn met name klachten in zijn rechter schouder tijdens repeterende bewegingen en tijdens het eleveren boven schouderhoogte. Betrokkene beschrijft een continu zeurend gevoel, met name tijdens zijn werkzaamheden als goudsmid. Tevens krijgt hij pijnklachten in zijn schouder tijdens fietsen. Nachtelijke pijnen zijn niet aanwezig. Betrokkene geeft aan dat hij uit voorzorg met zijn rechter arm onder een T-shirt slaapt. De zelfverzorging is zelfstandig mogelijk. Er zijn geen tintelingen in zijn rechter arm aanwezig. Betrokkene ervaart geen fors krachtsverlies. Betrokkene geeft aan dat hij licht beperkt is tijdens hardrennen. Betrokkene is sterk beperkt tijdens reiken, klimmen en klauteren. Betrokkene ervaart een volledige beperking tijdens het werken boven schouderhoogte. (…)
SOCIALE ANAMNESE:
Betrokkene werkt als zelfstandig goudsmid. De echtgenote van betrokkene werkte ook als goudsmid voor enkele uren per week mee in het bedrijf. Vanwege de schouderklachten was zijn echtgenote genoodzaakt meer uren te gaan werken in het bedrijf. Betrokkene geeft aan dat dit uiteindelijk heeft geresulteerd in een echtscheiding. Betrokkene heeft nog de zorg over drie kinderen van 16 en 12 jaar houd. Betrokkene werkt nog voor 1½ uur per dag in het bedrijf. Hij krijgt daarnaast nog hulp van zijn oudste zoon. (…)
HOBBY’S:
- Hardrennen. Betrokkene heeft sinds het ontstaan van de schouderklachten dit niet meer kunnen doen.
- Recreatief fietsen. Met mountainbiken is betrokkene gestopt in verband met de schouderklachten rechts.
(…)
SAMENVATTING:
k) Op 2 december 2009 heeft Nationale-Nederlanden de uitkeringen aan [appellant] stopgezet. Bij brief van 29 december 2009 heeft Nationale-Nederlanden [appellant] onder meer het volgende medegedeeld:
Het recente expertiserapport en de dvd-beelden van de observatie zijn voorgelegd aan de medisch adviseur van Nationale Nederlanden. Zijn conclusie is duidelijk:
“Verzekerde wordt op twee dagen gezien waarbij hij aan het windsurfen is, vooral op dag twee wordt hij langere tijd surfend bezig gezien, waarbij er sprake is van langdurig (bovenhands) reiken met beide handen. Dit geeft de indruk dat er voor reiken nauwelijks beperkingen aan de orde zijn, wat in tegenspraak is met wat verzekerde bij de expertise aangeeft en wat door de expertise-arts wordt bevestigd met zijn onderzoek: voor reiken sterk beperkt. Het komt mij voor dat de belasting en de bewegelijkheid van de rechterarm en de rechterschouder zoals wordt getoond bij de observatie de belastbaarheid zoals omschreven in het beperkingenprofiel in duur en frequentie ver overschrijdt. Dit geldt in meerdere mate natuurlijk ook voor de belasting in het werk van verzekerde, ambachtelijk goudsmid, zoals verzekerde zelf omschrijft.Concluderend kan ik aangeven dat het zeer moeilijk voor te stellen is dat verzekerde voor 65-80% arbeidsongeschikt kan worden geacht voor zijn werk als goudsmid, terwijl hij op meer dan hobbymatige wijze surfen als sport beoefend. Verzekerde heeft overigens nooit aangegeven dat hij deze sport beoefend, in al die jaren dat er contact met hem bestaat. Er is wel over hobby’s gesproken, blijkt uit eerdere AD-rapporten, maar surfen kwam daarbij nooit ter sprake”.Op 27 november 2009 hebben onderzoekers van CED Forensic u geconfronteerd met de resultaten van het persoonlijk onderzoek. U heeft kort gezegd erkend gesurft te hebben.
Op basis van het voorgaande zijn wij van oordeel dat u in strijd met uw verplichting ex artikelen 13.1.4 en 13.1.5 van polismantel 440-98 tegenover de door ons ingeschakelde deskundige en arbeidsdeskundigen heeft verzwegen dat u in ieder geval vanaf mei 2008 regelmatig aan internationale surfwedstrijden heeft meegedaan en ook overigens een onjuist beeld van uw klachten en beperkingen hebt geschetst. (…)
Daardoor zijn wij benadeeld als bedoeld in artikel 13.3 van polismantel 440-98. De niet verstrekte informatie is namelijk van belang voor de vaststelling van de mate van arbeidsongeschiktheid en de hoogte van de uitkering. Nu u meerdere malen tegenover diverse deskundigen, telkens vlak nadat u meerdere wedstrijden had gesurft, in strijd met de waarheid hebt verzwegen dat u regelmatig aan surfwedstrijden meedeed, kan het niet anders dan dat u opzettelijk de hiervoor vermelde gegevens heeft verzwegen. Andere omstandigheden die wijzen op opzet, zijn de onjuiste verklaringen over de frequentie van de surfwedstrijden, het zelf tillen van de surfplank, het ook surfen bij harde wind en de opgave van het aantal gewerkte uren per week. Op grond van artikel 13.4 van polismantel 440-98 is daarom elk recht op uitkering vervallen. (…)”
“In het originele dossier is een DVD aanwezig, die is in te zien bij Rottier advocaten en tevens bij de rechtbank.”
Art. 13.1.4 Verzekerde is verplicht in geval van arbeidsongeschiktheid:
beperkingenzijn bij het uitoefenen van zijn hobby’s. [appellant] heeft, zo leidt het hof af uit pagina 3 van het rapport van [registerarbeidsdeskundige] (zie ook r.o. 3.1 sub g), daarop enkel geantwoord dat hij regelmatig wandelt in de bossen (20 km) om in conditie te blijven en dat hij niet meer zwemt
omdat de beperkte belastbaarheid van de rechter schouder dat niet toelaat(prod. 3k inl. dagv.). Het hof is van oordeel dat [appellant] op deze vraag van [registerarbeidsdeskundige] tevens had moeten antwoorden dat hij sinds mei 2008 aan windsurfen deed. In het eigen standpunt van [appellant] ligt immers besloten dat hij kan surfen, maar dat hij daarbij is beperkt: volgens [appellant] heeft hij immers altijd een zeurende pijn in de schouder en als het hard waait, dan stopt hij met surfen. Door dit niet mee te delen, heeft [appellant] naar het oordeel van het hof tegenover [registerarbeidsdeskundige] opzettelijk onjuiste, althans onvolledige, informatie verstrekt.
- Hardrennen. Betrokkene heeft sinds het ontstaan van de schouderklachten dit niet meer kunnen doen.
Recreatief fietsen. Met mountainbiken is betrokkene gestopt in verband met schouderklachten rechts.”
“glenohumerale instabiliteit rechter schouder. Geringe instabiliteit rechter SC-gewricht.”
Rubriek IV – Dynamische handelingen(…)
Licht beperkt.Kan tenminste huishoudtrap op èn af.
Beperkt.Kan dit minder dan 5 minuten achtereen (gloeilamp verwisselen); zie ook bericht.”
Wilt u deze belasting relateren aan de door de verzekeringsgeneeskundige genoemde belastbaarheid en aangeven hoeveel uren [appellant] per week/dag redelijkerwijs als goudsmid kan verrichten –kort gezegd als volgt:
De heer Rottier stelt als eerste dat u er ten onrechte van uitgaat dat dr. Willems onder frequente extensiebewegingen van de arm zou verstaan bewegingen met gestrekte arm. Om dit te bewijzen verwijst de heer Rottier naar de anamnese. Echter, in de anamnese heeft de heer Willems het over “met de rechterhand wisselende posities innemen van abductie tot 90 graden”. Het gaat hierbij dus niet om extensiebewegingen die de heer Willems beschrijft, maar om bewegingen van de rechterhand. Daarbij gaat het om een beschrijving van de beweging (van de hand) vanuit het polsgewricht, die mijns inziens niets met de schouders of het SC-gewricht van doen hebben.
daarbij een belasting van het SC-gewricht op kan treden. Dat is echter theoretisch, dergelijke belastingen komen niet voor. Zouden ze overigens wel voorkomen dan is ergonomisch werk aan de winkel en zou het werk aangepast moeten worden; er is immers geen enkele reden om in een dergelijke onnatuurlijke houding te zagen of te vijlen. Los van het voorgaande geldt natuurlijk ook nog dat dr. Willems op meerdere plaatsen in zijn rapport gesteld heeft dat de afwijkingen van het SC-gewricht niet erg imponeren (of iets van vergelijkbare strekking).”