Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte],
BESLISSING
geldboetevan
€ 600,00 (zeshonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
12 (twaalf) dagen hechtenis.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Middelburg, waarbij de verdachte op 6 juni 2012 was veroordeeld tot een geldboete van € 600,00, subsidiair 12 dagen hechtenis, wegens overtreding van artikel 9, vierde lid, onder b, van het Scheepvaartreglement Westerschelde 1990. De verdachte, geboren in 1968 en wonende te [adres verdachte], heeft hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis. Tijdens de zitting van het hof op 23 mei 2013 is de tenlastelegging gewijzigd. De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis van de eerste rechter zal worden bevestigd, terwijl de verdediging vrijspraak heeft bepleit, subsidiair ontslag van rechtsvervolging, en meer subsidiair toepassing van artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht of matiging van de straf.
Het hof heeft het beroep gegrond verklaard en het vonnis waarvan beroep vernietigd, omdat de tenlastelegging in hoger beroep was gewijzigd. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte als schipper van het motortankschip '[naam schip verdachte]' op 5 maart 2011 in de Westerschelde een vaargeul is binnengevaren en daarbij de koerslijn van het zeeschip '[naam zeeschip]' heeft gekruist, waardoor een aanvaring is ontstaan. Het hof heeft geoordeeld dat de verdachte de gedragsregel van artikel 9, vierde lid, onder b, van het Scheepvaartreglement Westerschelde 1990 heeft overtreden. De verdediging heeft aangevoerd dat de '[naam zeeschip]' een oplopend schip was en daarom had moeten uitwijken, maar het hof heeft dit verweer verworpen. De verdachte is uiteindelijk veroordeeld tot een geldboete van € 600,00 en 12 dagen hechtenis, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door. De beslissing is op 4 februari 2015 ter openbare terechtzitting uitgesproken.