Bij beroepschrift met producties, ingekomen ter griffie op 1 maart 2016, en bij gecorrigeerd beroepschrift met producties, ingekomen ter griffie op 7 maart 2016, heeft de moeder verzocht voormelde beschikking, naar het hof begrijpt met uitzondering van de echtscheiding, te vernietigen en, in zoverre, opnieuw rechtdoende:
• het huurrecht van de echtelijke woning, gelegen aan het [adres] , [postcode] [plaats]
aan de moeder toe te wijzen;
• te bepalen dat de hoofdverblijfplaats van de hierna te noemen minderjarige kinderen van partijen [minderjarige 1] en [minderjarige 2] bij de moeder zal zijn;
• een zorg- en contactregeling tussen de vader en de kinderen vast te stellen in die zin dat de kinderen een weekend per twee weken bij de vader zullen zijn;
• te bepalen dat de vader als bijdrage in de kosten verzorging van de kinderen een nader door de moeder te verzoeken bedrag zal voldoen, dan wel een bedrag van € 250,- per maand per kind.
Subsidiair:
in het geval het hoofdverblijf van [minderjarige 2] bij de vader zal zijn:
• een zorg- en contactregeling vast te stellen in die zin dat [minderjarige 2] een week van de twee
weken bij de vader verblijft en een week bij de moeder;
• te bepalen dat de moeder aan de vader geen bijdrage kan voldoen in de kosten van verzorging en opvoeding van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] .
Meer subsidiair:
• een zorg- en contactregeling vast te stellen in die zin dat [minderjarige 2] een weekend in de twee weken van vrijdagmiddag na school tot maandagochtend bij de moeder zal zijn.
Uiterst subsidiair:
• een zorg- en contactregeling vaststellen tussen de moeder en [minderjarige 2] die het hof juist acht.