In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, betreft het een hoger beroep in een familiekwestie over de zorg- en opvoedingstaken van twee minderjarigen, hier aangeduid als [minderjarige 1] en [minderjarige 2]. De vader, vertegenwoordigd door mr. L.A.E. Timmer, en de moeder, vertegenwoordigd door mr. R.S. Knegtmans, zijn in geschil over de verdeling van de zorg voor hun kinderen. De Raad voor de Kinderbescherming is betrokken in de procedure, maar was niet ter zitting aanwezig. Het hof heeft eerder een deskundigenonderzoek gelast, uitgevoerd door drs. E. Klaver, die heeft geadviseerd om een beschermingsonderzoek te laten uitvoeren door de raad om de meest geschikte woon- en leefsituatie voor de kinderen vast te stellen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 25 april 2017 hebben beide ouders ingestemd met het advies van de deskundige. Het hof heeft voorgesteld om afspraken vast te leggen om de rust voor de kinderen te waarborgen gedurende het onderzoek. De ouders hebben een co-ouderschapsregeling afgesproken, waarbij de kinderen afwisselend bij de moeder en de vader verblijven. Het hof heeft de beschikking van de rechtbank Oost-Brabant vernietigd en opnieuw beslist dat het hoofdverblijf van [minderjarige 2] bij de vader en van [minderjarige 1] bij de moeder zal zijn, totdat het beschermingsonderzoek is afgerond.
De beslissing van het hof is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het hof heeft de overige verzoeken afgewezen. Deze uitspraak is gedaan door de drie rechters en openbaar uitgesproken op 8 juni 2017.