Uitspraak
GERECHTSHOF ̓s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer C/03/236360/KG ZA 17-287)
2.Het geding in hoger beroep
3.De gronden van het hoger beroep
4.De beoordeling
primairopheffing van het op 18 april 2017 gelegde executoriaal beslag,
subsidiairschorsing daarvan totdat de executiebevoegdheid van [geïntimeerde] vaststaat en
meer subsidiairveroordeling van [geïntimeerde] om een beslagvrije voet van € 305,= per week te hanteren. [geïntimeerde] heeft deze vorderingen bestreden.
subsidiaireen
meer subsidiairevorderingen van [appellant] . Het gaat in dit hoger beroep alleen nog om de vraag of [appellant] terecht een beroep doet op verjaring van de vordering van [geïntimeerde] waarvoor executoriaal beslag is gelegd en zijn daarop gebaseerde
primairevordering. In zijn dagvaarding in hoger beroep vordert [appellant] alsnog (integrale) toewijzing van zijn vorderingen; dit betreft kennelijk alleen deze vordering en de proceskosten.