3.1.In rov. 3.1. a tot en met u heeft de rechtbank vastgesteld van welke feiten in dit geschil wordt uitgegaan. De door de rechtbank vastgestelde feiten vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt. Het hof verwijst daarnaar en naar de in rov 3.2.1. van het tussenarrest weergegeven feiten, en zal een kort overzicht geven van datgene waar het in dit hoger beroep om gaat.
a. a) Door Opel-dealer Nedam, autoverhuurder Hertz en autoverkoper GMAC werd samengewerkt in een “Rental-Programma” om de inzet van nieuwe Opels bij Hertz te bevorderen.
b) Schematisch zag het Rental Programma er als volgt uit:
c) Het Rental Programma laat zich - samengevat en voor zover thans van belang - als volgt beschrijven:
GMAC verkoopt nieuwe Opels (die zij van GM heeft betrokken) aan Nedam (de leverende
Opel Dealer). Nedam verkoopt die nieuwe Opels vervolgens aan Hertz . Hertz zet de nieuwe Opels in het kader van haar eigen bedrijfsvoering in voor verhuuractiviteiten voor een periode van ongeveer 6 tot 9 maanden. Nedam koopt de Opels na de verhuurperiode als ex-rentals weer terug van Hertz , op vooraf overeengekomen voorwaarden. . Vervolgens worden de ex-rentals door Nedam doorverkocht aan GMAC, die de ex-rentals wederom doorverkoopt aan de Opel Dealers die zich eerder hebben ingeschreven op de desbetreffende ex-rentals (de deelnemende Opel Dealer). Nedam levert namens GMAC de ex-rentals en de daarbij behorende kentekenbewijzen rechtstreeks af aan de deelnemende Opel Dealers. De deelnemende Opel Dealers betalen de bedragen die zij voor de door hen afgenomen ex-rentals verschuldigd zijn aan GMAC.
d) Hertz en Nedam hebben op 21 mei 2007 en 9 april 2008 overeenkomsten met bijlagen gesloten (hierna: de overeenkomsten), waarin (delen van) het Rental Programma zijn uitgewerkt. Geregeld zijn (onder meer) de verkoop van auto’s door Nedam aan Hertz , de terugkoop door Nedam, de wijze waarop daaraan uitvoering wordt gegeven, het eigendomsvoorbehoud van Nedam ter zake de nieuwe Opels, de financiering door Hertz via “Asset Backed Securitisation” (ABS), enz.
e) In schema 2 (de ABS-bepalingen) behorend bij de overeenkomsten is in artikel 1 sub b bepaald:
“Het eigendom van een Relevant Voertuig zal niet overgaan aan de Leverancier totdat de betaling van de Terugkoopprijs van het desbetreffende Relevante Voertuig door de Leverancier is voldaan (of volgens de specificatie van de Leverancier nadat de betaling aan de door de Leverancier benoemde partij is voldaan).
In de bepaling in schema 2 bij de overeenkomst van 9 april 2008 is daaraan toegevoegd:
“Het eigendom van het Relevante Voertuig zal hierna automatisch op de Leverancier overgaan.”
f) In schema 3 (de Verkoop-en terugkoopovereenkomst), behorend bij de overeenkomsten, is een Leveringsovereenkomst opgenomen, waarin in artikel 14, respectievelijk artikel 15, is bepaald:
“Elke partij behoudt zich de eigendom voor van de door hem geleverde of terug geleverde auto’s totdat deze volledig zijn betaald door de andere partij.”
g) Artikel 2.2 van de overeenkomsten luidt:
“In het geval van een conflict of ambiguïteit tussen de voorwaarden van de documenten waaruit het Contract bestaat, hebben de voorwaarden in het Contractondertekeningsvel prioriteit, gevolgd door de ABS-bepalingen en uiteindelijk de Verkoop-en terugkoopovereenkomst.”
h) Uit lid 2 tot en met 5 van artikel 8, respectievelijk 9, van de Leveringsovereenkomst (onderdeel van de verkoop- en terugkoopovereenkomst van schema 3 behorend bij de overeenkomsten) volgt dat Hertz en Nedam in het kader van de (terug)verkoop en (terug)levering van ex-rentals door Hertz aan Nedam - samengevat en voor zover thans van belang - de volgende voorwaarden zijn overeengekomen:
i) Hertz zal Nedam per gelegenheid, maar zo snel mogelijk, vooraf opgave verstrekken van de datum waarop de ex-rentals die, ingevolge de terugkoopverplichting van Nedam, ter terug levering beschikbaar staan;
ii) Nedam draagt er zorg voor dat deze ex-rentals zo spoedig mogelijk worden getransporteerd;
iii) In eerste aanleg vindt er een maal per week opname en facturatie plaats en wel op de dinsdag. Op verzoek van Hertz kan dit in overleg met Nedam ook een tweede keer in de week plaatsvinden en wel op donderdag;
iv) Betaling van afgeleverde auto’s zal geschieden binnen 5 werkdagen na ontvangst van de factuur, zolang de factuur op afleverdatum of later wordt ontvangen;
v) Hertz draagt ervoor zorg dat, na ontvangst van de door Leverancier (Nedam) voor de auto verschuldigde koopsom, binnen 48 uur de op de betreffende auto betrekking hebbende kentekenbewijzen aan Nedam worden toegezonden;
vi) Nedam zal uiterlijk 48 uur na terug levering van een auto het vrijwaringsbewijs van de betreffende auto aan Hertz verstrekken.
i. i) Tussen Nedam en GMAC heeft sinds het najaar van 2008 een rekening-courant verhouding bestaan. Op aangeven van Nedam heeft GMAC eind 2008 driemaal namens Nedam uit het saldo van deze rekening-courant verhouding een betaling gedaan rechtstreeks aan Hertz . Met deze betalingen was een bedrag van in totaal € 2.300.000,00 gemoeid. Aan een vergelijkbaar verzoek van Nedam van 19 maart 2009 heeft GMAC geen gehoor gegeven.
j) Op 30 maart 2009 heeft Hertz zich jegens Nedam beroepen op haar eigendomsvoorbehoud ten aanzien van 202 Opels, waarvan zij stelde geen betaling te hebben ontvangen van Nedam. Bij de brief was een bijlage gevoegd met de gegevens van 202 ex-rentals waarop het beroep op het eigendomsvoorbehoud betrekking had.
k) De moedermaatschappij van Nedam, [moedermaatschappij] B.V. (onderdeel van het [concern] concern) is op 31 maart 2009 in staat van faillissement verklaard.
l) Hertz heeft zich op 2 april 2009 jegens de curatoren van [concern] beroepen op haar eigendomsvoorbehoud op de 202 Opels; subsidiair heeft zij het recht van reclame ingeroepen.
m) Nedam is op 15 april 2009 in staat van faillissement verklaard.
n) Op 23 april 2009 heeft Hertz aan GMAC geschreven - samengevat - dat GMAC ex-rentals van Nedam heeft gekocht, die Nedam op haar beurt van Hertz had betrokken, waarvoor Nedam aan Hertz de koopprijs niet heeft voldaan. Hertz heeft zich in deze brief jegens GMAC beroepen op haar eigendomsvoorbehoud ten aanzien van ten minste 76 auto’s.
o) Ten tijde van haar faillissement bevonden zich 155 ex-rentals (die Nedam van Hertz had gekocht) niet meer bij Nedam, maar waren deze auto’s door GMAC van Nedam afgenomen en vervolgens door GMAC doorverkocht aan deelnemende Opel Dealers.
3.2.1Hertz heeft GMAC in rechte betrokken en, na wijziging van eis en voor zover in hoger beroep nog van belang, gevorderd, kort samengevat, een verklaring voor recht dat GMAC niet gerechtigd was zich de 155 auto’s genoemd in productie 23 bij de inleidende dagvaarding , toe te eigenen en daarover te beschikken en dat GMAC door te handelen zoals zij heeft gedaan onrechtmatig jegens Hertz (toentertijd de eigenaar van genoemde ex-rentals) heeft gehandeld, met veroordeling van GMAC tot betaling aan Hertz van € 2.903.189,15 met rente en (buitengerechtelijke) kosten.
GMAC heeft gemotiveerd verweer gevoerd.
3.2.2.De rechtbank heeft de vorderingen van Hertz afgewezen. Zij is er daarbij veronderstellenderwijs van uitgegaan dat Nedam de terugkoopprijs van de 155 ex-rentals niet aan Hertz heeft voldaan, waardoor Hertz krachtens het overeengekomen eigendomsvoorbehoud eigenaar is gebleven van die auto’s. Door uitlegging van de overeenkomsten is de rechtbank tot de slotsom gekomen dat Nedam ondanks dat eigendomsvoorbehoud wel beschikkingsbevoegd was om de ex-rentals in het kader van haar normale bedrijfsuitoefening over te dragen aan derden (i.c. GMAC). Het subsidiaire beroep van Hertz op het recht van reclame kan niet tegen GMAC worden ingeroepen, omdat GMAC (kort gezegd) te goeder trouw was in de zin van artikel 7:42 lid 1 BW, aldus de rechtbank.