(…) en verklaart de inspecteur:
Er bestaat geen geschil over de feiten die zojuist besproken zijn. Ik wil daaraan nog
toevoegen dat belanghebbende bemoeienis had bij de loonbetalingen aan de
arbeidskrachten. Het loon werd door belanghebbende aan het einde van de week
contant aan de arbeidskrachten uitbetaald.
Het geld voor de loonbetalingen werd via kasopnames in Bulgarije opgenomen van
de rekening van [vennootschap 2] . Het geld werd vervolgens per auto of vliegtuig naar
Nederland gebracht. Uit onderzoek blijkt dat het geld bij [vennootschap 2] direct werd
opgenomen. De heer [B] kon blijkbaar vrijelijk over dit geld beschikken.
De loonbetalingen waren voor toepassing van de constructie anders. Toen werden de
arbeidskrachten betaald door de opdrachtgevers. Belanghebbende ontving
vervolgens van de arbeidskrachten een vergoeding. In Nederland werd het grootste
gedeelte van het loon betaald. Dat blijkt ook uit de verklaringen. Het kwam een
enkele keer ook voor dat er in Bulgarije een definitieve afrekening werd opgemaakt
door [E] . Dat gebeurde als er te weinig geld in Nederland was. Bij
onderzoeken op het adres van de Bulgaarse vennootschappen is geen administratie
aangetroffen.
Als feitelijk werkgever moet worden uitgegaan van degene die de baas was en die
het voor het zeggen had met betrekking tot de Bulgaarse werknemers. De
werkzaamheden van belanghebbende gingen verder dan normale bemiddeling.
Belanghebbende was betrokken bij het werven van arbeidskrachten en het vervoer
van arbeidskrachten en hij gaf instructies met betrekking tot het te laat komen bij de
opdrachtgever en de kwaliteit van het werk. Dit gebeurde onder andere via
voormannen die via hem werden aangestuurd. Belanghebbende moet op grond
hiervan worden aangemerkt als werkgever.
De gemachtigde verklaart:
De toevoeging van de inspecteur met betrekking tot de wijze van betaling is juist
maar ik wil daarbij opmerken dat de Bulgaarse medewerkers niet beschikten over
bankrekeningen. Dat is niet ongebruikelijk. Wanneer zij wel over bankrekeningen
zouden hebben beschikt was het loon door [vennootschap 2] daarnaar overgemaakt.
Het was daarnaast ook een uitdrukkelijke wens van de arbeidskrachten om in
Nederland betaald te krijgen omdat zij hier immers ook hun kosten hadden. De
betalingen zijn wel uitdrukkelijk namens de Bulgaarse vennootschappen verricht.”