Uitspraak
5.De beschikking van 14 maart 2019
6.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
- het raadsrapport d.d. 25 oktober 2019, ter griffie ontvangen op 29 oktober 2019;
- het V8-formulier van de advocaat van de moeder d.d. 4 november 2019.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 20 februari 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende de zorgregeling en het omgangsrecht tussen een vader en zijn kinderen. De moeder, appellante in deze procedure, heeft verzocht om een zorgregeling vast te stellen, maar het hof oordeelt dat dit op dit moment niet in het belang van de kinderen is. De vader heeft in het verleden te maken gehad met problemen zoals alcohol- en drugsgebruik, wat heeft geleid tot een negatieve invloed op de kinderen en hun ontwikkeling. Het hof heeft vastgesteld dat er een wijziging van omstandigheden is die een herbeoordeling van de zorgregeling noodzakelijk maakt. De Raad voor de Kinderbescherming heeft geadviseerd om de procedure aan te houden en te bezien of er een begeleid maatwerktraject kan worden opgezet. Het hof onderschrijft dit advies, maar concludeert dat een structurele zorgregeling op dit moment ernstige nadelen zou opleveren voor de kinderen. De vader wordt het recht op omgang ontzegd, maar er is ruimte voor toekomstige positieve ontwikkelingen indien de vader zijn problemen aanpakt. De beslissing van het hof vernietigt de eerdere beschikking van de rechtbank Limburg en wijst het verzoek van de vader af.