In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 26 juli 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De verdachte, geboren in 1957, was betrokken bij een verkeersongeval op 8 december 2017 te Nieuwerkerk, waarbij meerdere slachtoffers zwaar lichamelijk letsel opliepen. De rechtbank had de verdachte vrijgesproken van het primair tenlastegelegde, maar het openbaar ministerie ging in hoger beroep. Het hof oordeelde dat de verdachte zich aanmerkelijk onoplettend had gedragen, wat leidde tot het ongeval. De verdachte had verklaard zich niets van het ongeval te herinneren, maar getuigen bevestigden dat hij met zijn voertuig de verkeerde weghelft opreed. Het hof vernietigde het vonnis van de rechtbank en veroordeelde de verdachte tot een voorwaardelijke taakstraf van 60 uren, subsidiair 30 dagen hechtenis, en een voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid voor 6 maanden, met een proeftijd van één jaar. Het hof hield rekening met de gevolgen van het ongeval voor de slachtoffers en de verdachte, evenals de lange duur van de procedure.