2.5.Tot de gedingstukken behoort een op [datum] 2013 tot stand gekomen notariële koopovereenkomst, waarin belanghebbende en [stichting 1] hebben gepreciseerd welke woningen op grond van de onder 2.2 aangehaalde afnamegarantieovereenkomst door belanghebbende aan [stichting 1] in eigendom zullen worden overgedragen. In deze overeenkomst is onder meer het volgende vermeld:
‘Verkoper en/of koper hierna ook (tezamen) te noemen: partii(en)
nemen in overweging:
1. Verkoper is eigenaar van de na te melden appartementsrechten en heeft het complex waarin deze appartementsrechten een onverdeeld aandeel uitmaken, ontwikkeld en laten bouwen.
2. Verkoper en koper hebben op 23 december 2010 een overeenkomst gesloten, genaamd “Afnamegarantie-overeenkomst”, op grond waarvan koper zich reeds toen jegens verkoper verbonden heeft om de ‘Onverkochte’ woningen zoals gedefinieerd in de Afnamegarantie overeenkomst van verkoper te kopen, en de levering daarvan te aanvaarden binnen vier (4) weken na de Oplevering daarvan, zoals gedefinieerd in de Afnamegarantie-overeenkomst.
3. In de Afnamegarantie-overeenkomst zijn afspraken neergelegd omtrent de definitie van ‘Verkochte’ en ‘Onverkochte’ woningen, de berekening van de koopprijs voor Onverkochte woningen (de ‘Afnamegarantieprijs’), en de bepalingen waaronder de verkoop en levering plaats zal vinden.
4. In aansluiting op het bepaalde in de Afnamegarantie-overeenkomst, heeft Verkoper aangegeven
geengebruik te maken van diens bevoegdheid om conform artikel 3.6 van de Afnamegarantieovereenkomst ‘Onverkochte’ woningen
nietaan koper te verkopen; partijen kwamen overeen dat alle ‘Onverkochte’ woningen conform de Afnamegarantie-overeenkomst van verkoper zou kopen. Het vorenstaande blijkt mede uit een brief die op 1 oktober 2013 door partijen is ondertekend.
5. Op grond van de Afnamegarantie-overeenkomst de dato 23 december 2010 en de nadien gemaakte afspraken ter uitvoering daarvan, zoals onder meer blijken uit voormelde brief, is een koopovereenkomst tussen partijen tot stand gekomen, met dien verstande dat er nadien nog woningen verkocht zouden kunnen worden, en derhalve ‘Verkochte’ woningen zouden kunnen worden als bedoeld in de Afnamegarantie-overeenkomst, alsook dat koopovereenkomsten die verkoper met derden terzake heeft gesloten, ontbonden zouden kunnen worden waardoor woningen die destijds c.q. thans als ‘Verkochte’ woningen werden beschouwd, alsnog ‘Onverkochte’ woningen zouden kunnen worden. Eerstbedoelde woningen zijn onderdeel van deze koopovereenkomst, met inachtneming van de terzake opgenomen ontbindende voorwaarden. Laatstbedoelde woningen zijn geen onderdeel van deze koopovereenkomst (...), doch ten aanzien van dergelijke woningen blijven - indien en voor zover van toepassing - de afspraken als vervat in de Afnamegarantie-overeenkomst onverkort van toepassing.
6. Alhoewel de koop met betrekking tot de (woningen die thans worden beschouwd als) ‘Onverkochte’ woningen op grond van het vorenstaande reeds tussen partijen werd gesloten, geven partijen er - mede in verband met de betaling van omzetbelasting zoals vermeld in artikel 2 van deze koopovereenkomst - de voorkeur aan de koop thans - voor zover de objecten van die koop naar de huidige stand van verkoop bepaalbaar zijn in de context van de Afnamegarantieovereenkomst - schriftelijk vast te leggen in een koopovereenkomst en verdere zekerheid te verkrijgen omtrent de levering daarvan, door deze in te schrijven in de daartoe bestemde openbare registers.
7. Omdat pas bij de oplevering van de woningen definitief bekend is hoeveel onverkochte woningen [stichting 1] zal afnemen en welke koopsom hierop van toepassing is, zal betaling van de netto koopsom plaatsvinden bij notariële levering.
8. [stichting 1] zal evenwel uiterlijk op 29 oktober 2013 (…) het btw-bedrag van € 4.325.388,51 betalen dat [belanghebbende] op de onder punt 4 bedoelde factuur in rekening brengt.
(...)’.