ECLI:NL:GHSHE:2021:2870
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake partneralimentatie en kinderalimentatie na echtscheiding
In deze zaak gaat het om een hoger beroep inzake de vaststelling van partneralimentatie en kinderalimentatie na de echtscheiding van de ouders. De ouders zijn van 29 juli 2004 tot 9 september 2014 met elkaar getrouwd en hebben een minderjarige dochter. In een ouderschapsplan en echtscheidingsconvenant zijn afspraken gemaakt over de alimentatieverplichtingen. De man is in hoger beroep gekomen van een beschikking van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, waarin de kinderalimentatie en partneralimentatie zijn vastgesteld. De man verzoekt om de bestreden beschikking te vernietigen en de alimentatieverplichtingen te herzien. De vrouw heeft in incidenteel hoger beroep verzocht om een verhoging van de partneralimentatie.
Tijdens de mondelinge behandeling is de vrouw niet verschenen, maar haar advocaat heeft haar vertegenwoordigd. Het hof heeft de feiten vastgesteld op basis van de eerdere beschikking van de rechtbank en heeft de ingangsdatum van de kinderalimentatie en partneralimentatie beoordeeld. Het hof concludeert dat de man voldoende draagkracht heeft om de alimentatie te voldoen en dat de vrouw behoeftig is. De rechtbank heeft de partneralimentatie vastgesteld op € 600,- per maand, met ingang van 1 december 2019. Het hof bekrachtigt de beschikking van de rechtbank en wijst het meer of anders verzochte af.