ECLI:NL:GHSHE:2021:4335

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
19 april 2021
Publicatiedatum
3 maart 2022
Zaaknummer
20-002014-20
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging vonnis en oplegging gevangenisstraf in verkeersdelict

In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 19 april 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de Politierechter in de rechtbank Zeeland-West-Brabant, dat op 22 september 2020 was gewezen. De verdachte, geboren in 1992 en woonachtig te Tilburg, was aangeklaagd voor een overtreding van artikel 9, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994, gepleegd op 3 april 2020 te Tilburg. Het hof heeft het vonnis van de Politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan.

De beslissing van het hof houdt in dat de verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie weken. Daarnaast is er een voorwaardelijke straf opgelegd van één week, met de bepaling dat deze niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit. Het hof heeft ook bepaald dat een in beslag genomen personenauto, een Peugeot 206 met kenteken 24GKGR, verbeurd wordt verklaard.

Tevens heeft het hof de tenuitvoerlegging gelast van een eerder opgelegde ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van 77 dagen, die was opgelegd bij vonnis van de Politierechter in de rechtbank Tilburg op 8 oktober 2019. Deze uitspraak is gedaan in tegenspraak en is mondeling gewezen door mr. F. van Es op de openbare terechtzitting van het gerechtshof.

Uitspraak

Parketnummer: 20-002014-20

Uitspraak : 19 april 2021
TEGENSPRAAK
Arrest van de enkelvoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof, gewezen op het beroep, ingesteld tegen het vonnis van de Politierechter in de rechtbank Zeeland-West-Brabant, van 22 september 2020, in de strafzaak onder parketnummer 96-105160-20 tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1992,
wonende te [adres] .
Kwalificatie
Het bewezenverklaarde levert op:
overtreding van artikel 9, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994.
Toegepaste wetsartikelen
De beslissing is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 33, 33a en 63 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 9 en 176 van de Wegenverkeerswet 1994, zoals deze ten tijde van het bewezenverklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van het wijzen van dit arrest rechtens gelden.
gepleegd
op 3 april 2020 te Tilburg.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
3 (drie) weken.
Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot
1 (één) week, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Verklaart verbeurdhet in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
personenauto, Peugeot 206; kenteken 24GKGR.
Gelast de tenuitvoerlegging van de straf, voor zover voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Tilburg van 8 oktober 2019, parketnummer 96-189086-19, te weten van:
ontzegging van de
bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de duur van
77 (zevenenzeventig) dagen.
Dit arrest is mondeling gewezen door mr. F. van Es.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 19 april 2021.