4.2.De inspecteur heeft, ter voldoening aan deze bewijslast, gewezen op het rapport van het boekenonderzoek, en erop gewezen dat:
- belanghebbende en zijn partner in 2014 onvoldoende inkomsten (€ 3.577) hebben genoten om in hun levensonderhoud te voorzien;
- belanghebbende en zijn gezin in 2015 op zich voldoende inkomsten (€ 17.549) hebben genoten om in hun levensonderhoud te voorzien,maar dat daarbij geen rekening is gehouden met de aankoop van de Toyota, waardoor het netto-privé 2015 naar ongeveer € 10.000 daalt,hetgeen de inspecteur onvoldoende acht voor het levensonderhoud;
- belanghebbende in 2014 en 2015 op zijn bankrekening bedragen heeft ontvangen van derden van € 10.900 (2014) en van (per saldo) € 17.678 (2015) die hij niet in zijn aangiften heeft opgenomen;
- belanghebbende contante stortingen van € 7.620 (2014) en € 9.090 (2015) heeft gedaan op zijn eigen bankrekeningen;
- belanghebbende heeft gesteld dat de in 2014 en 2015 ontvangen bedragen zijn geleend, maar dat daarvan geen leningsovereenkomsten zijn opgemaakt en dat enkel op basis van de verklaringen van belanghebbende, [B] en [A] uit 2019 niet geloofwaardig is dat in 2014 en 2015 deze bedragen zijn geleend;
- belanghebbende heeft gesteld dat de contante stortingen in 2014 en 2015 afkomstig zijn van met gokken gewonnen geldbedragen, maar dat dit niet wordt ondersteund door de stukken. De geregistreerde casinobezoeken en de stortingen vonden niet in dezelfde perioden plaats en de bedragen die belanghebbende stelt te hebben gewonnen, komen niet overeen met de bedragen van de contante stortingen;
- belanghebbende op 19 januari 2016 contant € 20.750 heeft betaald voor een Mercedes en aannemelijk is dat belanghebbende dit bedrag in de jaren vóór 2016 heeft verdiend;
- belanghebbende in de loop van de procedure niet consequent heeft verklaard over de in 2014 en 2015 ontvangen en gestorte bedragen.