ECLI:NL:GHSHE:2022:2879

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
24 mei 2022
Publicatiedatum
19 augustus 2022
Zaaknummer
20-002973-21
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • J.T.F.M. van Krieken
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis kantonrechter inzake dronkenschap op openbare weg

In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 24 mei 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Oost-Brabant. De zaak betreft een verdachte die op 26 juni 2021 in Eindhoven zich in kennelijke staat van dronkenschap op de openbare weg bevond. De kantonrechter had eerder een strafbeschikking opgelegd, maar het hof heeft deze vernietigd. De verdachte, geboren in 1955, werd geconfronteerd met een geldboete van € 100,00 en twee dagen hechtenis. Het hof heeft bepaald dat de geldboete niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van een proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit. Tevens is er een regeling getroffen voor de terugbetaling van reeds voldane bedragen aan de veroordeelde. De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de verdachte en is mondeling gewezen door de enkelvoudige kamer voor strafzaken van het hof.

Uitspraak

Parketnummer: 20-002973-21

Uitspraak : 24 mei 2022
TEGENSPRAAK
Arrest van de enkelvoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof, gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Oost-Brabant, zitting houdende te 's-Hertogenbosch van 17 december 2021, in de strafzaak onder parketnummer 96-248200-21 tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1955,
wonende te [adres] .
Kwalificatie
Het bewezenverklaarde levert op:
zich in kennelijke staat van dronkenschap op de openbare weg bevinden.
Gepleegd op 26 juni 2021 te Eindhoven.
Toegepaste wetsartikelen
De beslissing is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 23, 24, 24c en 453 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze ten tijde van het bewezenverklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van het wijzen van dit arrest rechtens gelden.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Vernietigt de eerder uitgevaardigde strafbeschikking d.d. 15 juli 2021 onder CJIB nummer 1132542004446197.
Ten aanzien van het bewezenverklaarde
Veroordeelt de verdachte tot een
geldboetevan
€ 100,00 (honderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
2 (twee) dagen hechtenis.
Bepaalt dat de geldboete niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Verstaat dat, indien de in eerste aanleg opgelegde geldboete reeds (deels) is voldaan, het reeds voldane bedrag zal worden terugbetaald aan de veroordeelde.
Dit arrest is mondeling gewezen door mr. J.T.F.M. van Krieken.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 24 mei 2022.