In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, betreft het een herstelbeschikking in hoger beroep van een eerdere beschikking van 7 juli 2022. De verzoekster, aangeduid als de moeder, heeft hoger beroep ingesteld tegen de Raad voor de Kinderbescherming, regio Zuidoost Nederland. De minderjarige, geboren in 2005, is betrokken in deze procedure, waarbij ook de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering als belanghebbende is aangemerkt. Het hof heeft vastgesteld dat de eerdere beschikking een kennelijke fout bevatte, specifiek in de hoogte van het begrote voorschot voor deskundigenonderzoek. Deze fout is gecorrigeerd, waarbij het hof de kosten gelijkelijk over twee samenhangende zaken heeft verdeeld. De moeder, de raad en de GI zijn in de gelegenheid gesteld om op de wijziging te reageren, maar hebben hiervan geen gebruik gemaakt. Het hof heeft de beschikking op 18 augustus 2022 uitgesproken, waarbij het de deskundigen heeft benoemd en de kosten van het deskundigenonderzoek heeft vastgesteld. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en verdere beslissingen zijn aangehouden.