Uitspraak
[minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2018 te [geboorteplaats] .
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch is behandeld, gaat het om de bekrachtiging van een machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, geboren in 2018. De moeder, verzoekster in hoger beroep, heeft de beschikking van de rechtbank Limburg van 19 november 2021 aangevochten, waarin de machtiging tot uithuisplaatsing van haar kind door de gecertificeerde instelling (GI) was verleend. De moeder stelt dat zij in staat is om voor haar kind te zorgen en dat er geen reden meer is voor de uithuisplaatsing. De GI daarentegen heeft betoogd dat er sprake is van een onveilige situatie voor het kind, onder andere door middelengebruik van de moeder en haar contact met de vader van het kind, die ook problematisch gedrag vertoont.
Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen. De moeder heeft in het verleden meerdere keren hulp nodig gehad en is betrokken geweest bij incidenten die de veiligheid van het kind in gevaar hebben gebracht. Ondanks haar goede intenties, blijkt uit de recente gebeurtenissen dat de moeder niet in staat is om de noodzakelijke veranderingen door te voeren in haar leven om een veilige omgeving voor haar kind te waarborgen. Het hof heeft vastgesteld dat de uithuisplaatsing van de minderjarige noodzakelijk blijft, gezien de onveilige opvoedomgeving en het gebrek aan adequate hulpverlening voor de moeder.
De beslissing van het hof is om de beschikking van de rechtbank te bekrachtigen, waarmee de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige wordt voortgezet. Het hof benadrukt het belang van de veiligheid en het welzijn van het kind in deze procedure.