Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
Het proces-verbaal van aangifte d.d. 26 januari 2021, met daarbij als bijlage onder meer foto’s van aangeefsters letsel (dossierpagina’s 3 tot en met 10), voor zover inhoudende als verklaring van [slachtoffer] , geboren op [geboortedag 2] 1996:
(het hof begrijpt: de verdachte). Sinds 22 oktober 2019 hebben wij een geregistreerd partnerschap, een paar dagen later is onze dochter [dochter] geboren op [geboortedatum] .
(het hof begrijpt – gelet op het proces-verbaal van bevindingen d.d. 27 januari 2021, dossierpagina 12: 20 januari 2021)was ik erachter gekomen dat [verdachte] een affaire had. Toen [verdachte] die dag thuiskwam van zijn werk, confronteerde ik hem ermee. In goed overleg pakte [verdachte] zijn spullen en ging naar zijn ouders.
Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 26 januari 2021 (dossierpagina 11), voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] :
(het hof begrijpt: aangeefster [slachtoffer] ),dat wij verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] hebben gezien, werden foto's gemaakt waarop te zien is dat hoog in haar hals rode c.q. dikke plekken van de wurghand zichtbaar waren. Die rode of dikke plekken in de nek van aangeefster waren zichtbaar (een afdruk van een wurghand) en zij verklaarde dat het was veroorzaakt door haar ex-man [verdachte]
(het hof begrijpt: de verdachte). Verder had aangeefster [slachtoffer] nog krassen c.q. schaafwonden in haar nek. De foto's zijn toegevoegd bij de aangifte.
Het aanvraagformulier medische informatie d.d. 26 januari 2021, ingevuld door [X] , huisarts te Schijndel (dossierpagina 13 en 14), voor zover inhoudende als beschrijving van het letsel van aangeefster [slachtoffer] :
Het proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 26 januari 2021 (dossierpagina 14 tot en met 17), voor zover inhoudende als verklaring van [getuige] :
(het hof begrijpt: aangeefster [slachtoffer] ).
Vanochtend, dinsdag 26 januari 2021, omstreeks 08.00 uur, kwam mijn dochter [slachtoffer] bij ons thuis aan. Zij was te voet en had in de kinderwagen haar 1-jarige dochtertje [dochter] bij zich.
Ik zag en hoorde dat [slachtoffer] emotioneel erg aangeslagen was. Ze kon nog wel praten maar ze sprak zacht en huilde. Ze had een teneergeslagen blik. Nu was ze helemaal van de kaart.
[slachtoffer] vertelde dat [verdachte] , haar man, vanochtend erg boos was geworden op haar. Toen heeft [verdachte] [slachtoffer] gewurgd.
[slachtoffer] vertelde toen ze bij ons was aangekomen (vanochtend) dat zij was verwurgd door [verdachte] en dat zij daarbij het bewustzijn was verloren. Ze zei dat het rond 07.00 uur vanochtend was gebeurd.
[slachtoffer] vertelde mij dat zij in de woonkamer het bewustzijn had verloren en dat ze na enige tijd op bed in de slaapkamer weer bij bewustzijn kwam.
Toen [slachtoffer] het verhaal vertelde bij mij en mijn vrouw in de woning aan [adres 2] was zij bijzonder aangedaan en nog steeds is zij erg bang.
Het proces-verbaal van de terechtzitting van de rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats ‘s-Hertogenbosch, d.d. 24 maart 2021, voor zover inhoudende de verklaring van de verdachte.
(het hof begrijpt: aangeefster [slachtoffer] )op 26 januari 2021 te Schijndel heb geduwd. Dat duwen kan wel pijn gedaan hebben.
poging tot zware mishandeling, begaan tegen zijn echtgenoot.
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) maanden.
2 (twee) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
2 (twee) weken voor iedere keerdat niet aan de maatregel wordt voldaan, met een
maximum van 6 (zes) maanden.
Beveelt dat de opgelegde maatregel dadelijk uitvoerbaar is.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
€ 1.602,66 (duizend zeshonderdtwee euro en zesenzestig cent) bestaande uit € 2,66 (twee euro en zesenzestig cent) materiële schade en € 1.600,00 (duizend zeshonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 26 januari 2021 tot aan de dag der voldoening.
€ 1.602,66 (duizend zeshonderdtwee euro en zesenzestig cent) bestaande uit € 2,66 (twee euro en zesenzestig cent) materiële schade en € 1.600,00 (duizend zeshonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 26 januari 2021 tot aan de dag der voldoening.