Uitspraak
[minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2014 te [geboorteplaats] , hierna te noemen: [minderjarige] .
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, gaat het om een voorgenomen deskundigenonderzoek naar de voogdij over een minderjarige, geboren in 2014. De grootouders van de minderjarige, zowel van moeders- als van vaderszijde, hebben in hoger beroep verzocht om een deskundigenonderzoek door het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (NIFP). Het hof heeft op 30 mei 2024 een tussenuitspraak gedaan waarin het NIFP is verzocht om een deskundige voor te dragen die kan rapporteren over de ontwikkeling en opvoedbehoeften van de minderjarige, evenals de opvoedvaardigheden van de grootouders. Het hof heeft de grootouders en de Raad voor de Kinderbescherming de gelegenheid gegeven om hun zienswijze te geven over de benoeming van de deskundige en de onderzoeksvragen. De Raad heeft een verklaring overgelegd dat het Leger des Heils bereid is de voorlopige voogdij op zich te nemen. Het hof heeft de verdere beslissing aangehouden en zal in een volgende beschikking overgaan tot de benoeming van een deskundige. De kosten van het onderzoek zullen ten laste van het Rijk worden gebracht, conform artikel 810a lid 3 Rv. De partijen zijn verplicht om mee te werken aan het onderzoek.