Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
hij op of omstreeks 22 februari 2021 te Maastricht opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 75,81 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne en/of ongeveer 877,5 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne, zijnde cocaïne en/of heroïne (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
hij in of omstreeks de periode van 16 januari 2021 tot en met 22 januari 2021 te Geleen, gemeente Sittard-Geleen, opzettelijk en wederrechtelijk een enkelband, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan een ander, te weten aan [benadeelde 2] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
hij op of omstreeks 22 februari 2021 te Maastricht, zich met geweld en/of bedreiging met geweld, heeft verzet tegen (een) ambtena(a)r(en), [verbalisant 1] (hoofdagent van politie Eenheid Limburg) en/of [verbalisant 2] (hoofdagent van politie Eenheid Limburg) en/of [verbalisant 3] (aspirant van Politie Eenheid Limburg) en/of [verbalisant 4] (hoofdagent van politie Eenheid Limburg) en/of [verbalisant 5] (brigadier van politie Eenheid Limburg) en/of [verbalisant 6] (hoofdagent van politie Eenheid Limburg), werkzaam in de rechtmatige uitoefening van zijn/hun bediening, te weten aanhouding van verdachte, door zich met kracht los te rukken en/of zich te bewegen in tegengestelde richting dan daar waar voornoemde ambtena(a)re(en) hem trachtte(n) te bewegen;
hij op of omstreeks 13 juli 2023 te Maastricht een pinpas, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [benadeelde 1] , in elk geval aan een ander toebehoorde, heeft weggenomen met het oogmerk om deze/het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
hij op of omstreeks 13 juli 2023 te Maastricht een hoeveelheid geld, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [benadeelde 1] , in elk geval aan een ander toebehoorde, heeft weggenomen met het oogmerk om die/het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel door onbevoegd gebruik te maken van de bankpas van die [benadeelde 1] .
hij op 22 februari 2021 te Maastricht opzettelijk aanwezig heeft gehad 75,81 gram cocaïne en 877,5 gram heroïne, zijnde cocaïne en heroïne telkens een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
hij in de periode van 16 januari 2021 tot en met 22 januari 2021 te Geleen, gemeente Sittard-Geleen, opzettelijk en wederrechtelijk een enkelband die aan [benadeelde 2] toebehoorde, heeft vernield;
hij op 22 februari 2021 te Maastricht, zich met geweld heeft verzet tegen ambtenaren [verbalisant 1] (hoofdagent van politie Eenheid Limburg) en [verbalisant 2] (hoofdagent van politie Eenheid Limburg) en [verbalisant 3] (aspirant van Politie Eenheid Limburg) en [verbalisant 4] (hoofdagent van politie Eenheid Limburg) en [verbalisant 5] (brigadier van politie Eenheid Limburg) en [verbalisant 6] (hoofdagent van politie Eenheid Limburg), werkzaam in de rechtmatige uitoefening van hun bediening, te weten aanhouding van verdachte, door zich met kracht los te rukken en zich te bewegen in tegengestelde richting dan daar waar voornoemde ambtenaren hem trachtten te bewegen;
hij op 13 juli 2023 te Maastricht een pinpas die aan [benadeelde 1] toebehoorde, heeft weggenomen met het oogmerk om deze zich wederrechtelijk toe te eigenen;
hij op 13 juli 2023 te Maastricht een hoeveelheid geld die aan [benadeelde 1] toebehoorde, heeft weggenomen met het oogmerk om die zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel door onbevoegd gebruik te maken van de bankpas van die [benadeelde 1] .
- Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] d.d. 22 februari 2021 (p. 1-3);
- Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 3] , [verbalisant 4] , [verbalisant 5] en [verbalisant 6] d.d. 22 februari 2021 (p. 4-5);
- Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 5 van het Wetboek van Strafvordering, te weten: een kennisgeving van inbeslagneming (p. 6-7);
- Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 5 van het Wetboek van Strafvordering, te weten: een kennisgeving van inbeslagneming (p. 8-9);
- Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 5 van het Wetboek van Strafvordering, te weten: een kennisgeving van inbeslagneming (p. 10-11);
- Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 5 van het Wetboek van Strafvordering, te weten: een kennisgeving van inbeslagneming (p. 12-13);
- Het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van verbalisanten [verbalisant 7] en [verbalisant 8] d.d. 9 maart 2021, inclusief bijlagen (rapporten NFiDENT) (p. 24-38);
- Het proces-verbaal van aangifte door [aangever] d.d. 2 februari 2021, inclusief bijlagen (p. 39-48);
- De bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting van dit hof d.d. 19 juni 2024.
- Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige] d.d. 2 juni 2023 (p. 5-6);
- Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 9] en [verbalisant 10] d.d. 2 juni 2023 (p. 8-11);
- Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 5 van het Wetboek van Strafvordering, te weten: een kennisgeving van inbeslagneming (p. 26-27);
- Het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van verbalisanten [verbalisant 10] en [verbalisant 11] d.d. 2 juni 2023 (p. 35);
- Het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van verbalisanten [verbalisant 12] en [verbalisant 8] d.d. 26 juni 2023 (p. 37-40);
- Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 5 van het Wetboek van Strafvordering, te weten: een rapport NFiDENT (p. 43);
- Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 5 van het Wetboek van Strafvordering, te weten: een rapport NFiDENT (p. 44);
- Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 5 van het Wetboek van Strafvordering, te weten: een rapport NFiDENT (p. 45);
- Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 5 van het Wetboek van Strafvordering, te weten: een rapport NFiDENT (p. 46);
- De bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting van dit hof d.d. 19 juni 2024.
- Het proces-verbaal van aangifte door [benadeelde 1] d.d. 13 juli 2023 (p. 6-10);
- Het proces-verbaal van aanvullend verhoor aangever [benadeelde 1] d.d. 14 juli 2024 (p. 12);
- Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 13] en [verbalisant 14] d.d. 13 juli 2023 (p. 17-18);
- Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 15] en [verbalisant 16] d.d. 13 juli 2023 (p. 20-21);
- Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 17] d.d. 13 juli 2023 (p. 23);
- Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 18] , [verbalisant 15] , [verbalisant 19] en [verbalisant 16] d.d. 13 juli 2023 (p. 25-26);
- Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 17] d.d. 13 juli 2023 (p. 28-29);
- De bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting van dit hof d.d. 19 juni 2024.
Bewijsoverwegingen
wederspannigheid.
diefstal.
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
9 (negen) maanden.
6 (zes) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
1 (één) jaaraan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]
€ 10,96 (tien euro en zesennegentig cent) ter zake van materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 28 april 2021 tot aan de dag der voldoening.
een gevangenisstrafvoor de duur van
3 (drie) weken.