In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, gaat het om de verlenging van de uithuisplaatsing van twee minderjarigen, [minderjarige 1] en [minderjarige 2], die onder toezicht staan van de Gecertificeerde Instelling (GI). De moeder, verzoekster in hoger beroep, is het niet eens met de beslissing van de rechtbank Limburg om de uithuisplaatsing te verlengen. De moeder heeft in het verleden goede vooruitgang geboekt, maar na een geweldsincident begin 2024 is de situatie verslechterd. De GI heeft zorgen over het alcoholgebruik van de moeder, wat de veiligheid van de kinderen in gevaar zou kunnen brengen. Tijdens de mondelinge behandeling op 3 juli 2024 zijn verschillende betrokkenen gehoord, waaronder de moeder, de GI, de vader en de oma. De GI heeft aangegeven dat de kinderen zich niet veilig voelen bij de moeder en dat een voltijds verblijf bij haar momenteel niet mogelijk is. De rechtbank heeft de machtiging tot uithuisplaatsing verlengd tot 18 augustus 2024, en het hof heeft deze beslissing bevestigd. De moeder is momenteel bezig met een klinische behandeling voor haar trauma's en verslavingsproblematiek, maar de GI heeft geen verbetering gezien in haar situatie. Het hof concludeert dat de uithuisplaatsing noodzakelijk blijft in het belang van de kinderen.