ECLI:NL:GHSHE:2024:4203
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen vonnis van de politierechter in de rechtbank Zeeland-West-Brabant inzake diefstal
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zeeland-West-Brabant, uitgesproken op 20 februari 2024. De verdachte, geboren in 1966, was veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee weken, waarvan één week voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren, wegens diefstal. De verdachte heeft tegen dit vonnis hoger beroep ingesteld. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die heeft verzocht om bevestiging van het eerdere vonnis. De verdediging heeft primair gepleit voor vrijspraak van het ten laste gelegde feit en subsidiair een verweer gevoerd met betrekking tot de strafmaat. Na het onderzoek heeft het hof het beroep beoordeeld en is tot de conclusie gekomen dat het eerdere vonnis moet worden bevestigd. Het hof heeft zich verenigd met de overwegingen van de politierechter en heeft het vonnis waarvan beroep bevestigd. De uitspraak vond plaats op 26 november 2024, in aanwezigheid van de griffier R.H. Boekelman.