ECLI:NL:GHSHE:2025:1449

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
1 mei 2025
Publicatiedatum
23 mei 2025
Zaaknummer
20-001509-24
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis van de politierechter in strafzaken met betrekking tot diefstal en belediging

In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats Eindhoven, van 27 mei 2024. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 weken met aftrek van voorarrest voor meerdere feiten van diefstal en eenvoudige belediging. De politierechter heeft de verdachte schuldig bevonden aan diefstal waarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf is verkregen door middel van valse sleutels, en aan belediging van een ambtenaar tijdens de rechtmatige uitoefening van zijn bediening. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die heeft gevorderd dat het vonnis van de politierechter wordt bevestigd. De verdediging heeft zich gerefereerd aan het oordeel van het hof. Het hof heeft het vonnis van de politierechter bevestigd, maar heeft de bewezenverklaring en kwalificaties verbeterd. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte op verschillende data in Eindhoven geldbedragen heeft weggenomen die aan anderen toebehoorden, door onbevoegd te pinnen met de pinpas van de rechthebbenden. Het hof heeft artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht toegevoegd aan de toepasselijke wetsartikelen. De beslissing is op 1 mei 2025 uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.

Uitspraak

Parketnummer : 20-001509-24
Uitspraak : 1 mei 2025
TEGENSPRAAK
(Art. 279 Sv)

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof

's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats Eindhoven, van 27 mei 2024 in de in eerste aanleg gevoegde strafzaken, parketnummers 01-099990-24 en 01-109910-24 en 01-247914-23 en 01-258988-23, tegen

[verdachte],

geboren te [geboortegegevens],
wonende te [adresgegevens].
Hoger beroep
De politierechter heeft verdachte ter zake van:
01-099990-24 feit 1:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft door middel van valse sleutels;
01-247914-23 feit 1:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft door middel van valse sleutels;
01-247914-23 feit 2:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft door middel van valse sleutels;
01-258988-23 feit 1:
diefstal;
01-109910-24 feit 1:
eenvoudige belediging, terwijl de belediging wordt aangedaan aan een ambtenaar
gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening;
veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 weken met aftrek van voorarrest.
Van de zijde van de verdachte is tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep en in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen namens de verdachte naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis van de politierechter zal bevestigen.
De verdediging heeft zich gerefereerd aan het oordeel van het hof.
Vonnis waarvan beroep
Het hof verenigt zich met het beroepen vonnis en met de redengeving waarop dit berust onder verbetering van de bewezenverklaring en de kwalificaties ten aanzien van het onder parketnummer 01-099990-24 als feit 1, alsmede hetonder parketnummer 01-247914-23 als feiten 1 en 2 tenlastegelegde en met dien verstande dat artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht zal worden toegevoegd aan de toepasselijke wetsartikelen.
Verbetering bewezenverklaring
Het hof verbetert de bewezenverklaring in die zin dat deze als volgt komen te luiden, dat verdachte:
01-099990-24, feit 1:
op 6 februari 2024 te Eindhoven een geldbedrag (te weten van 50 euro), dat aan [rechthebbende] toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte dat geldbedrag onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, door
- onbevoegd te pinnen met de pinpas van die [rechthebbende] met rekeningnummer
[rekeningnummer];
01-247914-23 feit 1:
op 30 augustus 2023 te Eindhoven meerdere geldbedragen (te weten 7,20 euro en 7,20 euro en 45,74 euro), die aan [rechthebbende] toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte die weg te nemen geldbedragen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, door onbevoegd te pinnen met de bankpas/pinpas van die [rechthebbende]:
01-247914-23 feit 2:
op 31 augustus 2023 te Eindhoven meerdere geldbedragen (te weten 49,79 euro en 49,79 euro), die aan [rechthebbende] toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte die weg te nemen geldbedragen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, door onbevoegd te pinnen met de
bankpas/pinpas van die [rechthebbende];
Verbetering kwalificaties
Het hof verbetert de kwalificaties in die zin dat deze als volgt komen te luiden:
01-099990-24, feit 1
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels.
01-247914-23 feit 1
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels.
01-247914-23 feit 2:
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels.
Toepasselijke wetsartikelen
Het hof voegt aan de toepasselijke wetsartikelen toe artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van hetgeen hiervoor is overwogen.
Aldus gewezen door:
mr. J.T.F.M. van Krieken, voorzitter,
mr. S.V. Pelsser en mr. T. van de Woestijne, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. J.H.W. van der Meijs, griffier,
en op 1 mei 2025 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
mr. J.T.F.M. van Krieken en mr. S.V. Pelsser zijn buiten staat dit arrest te ondertekenen.