Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
8.Het verloop van de procedure
- het tussenarrest van 7 mei 2024 en de daarin genoemde stukken;
- de memorie van antwoord in incidenteel hoger beroep met producties.
9.De verdere beoordeling
“designated amounts”).
- the solidarity contribution and/or training compensation as mentioned in the regulations or the FIFA and/or the KNVB, to be paid to the concerning institution and or party (not being FCDB) regarding the applicable contract player; and
- any and all reimbursement or payments in respect of a transfer of a contract player made by FCDB to comply with applicable legislation (including and all direct and indirect taxes, excises, levies and the like); and
- any and all reimbursement or payments in respect of a transfer of a contract player made by FCDB to comply the rules and regulations as at that moment in place of the KNVB, FIFA or UEFA; and
- any commission or percentages paid to agents/brokers and/or the relevant contract player.
- any amount that FCDB is obliged or instructed to use for other investments/purposes, due to the licensing regulations and/or (a verdict of) the licensing committee of the KNVB.
- (This nett amount of income and gains hereinafter: 'Nett lncome')
- I.a.veroordeling van [geïntimeerde] tot betaling van € 98.461,76 aan FCDB, te vermeerderen met de wettelijke (handels)rente met ingang van 1 juli 2019;
- I.b.veroordeling van [geïntimeerde] tot betaling van de schade van FCDB als gevolg van het toerekenbaar tekortschieten in de nakoming van diens verplichtingen uit hoofde van de SPA, de LA en/of de SLA, bestaande uit € 15.367,88 en € 19.446,--, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 1 juli 2019;
- II.a.veroordeling van [geïntimeerde] tot betaling van € 565,111,-- vermeerderd met de wettelijke rente over de onderdelen van dat bedrag zoals vermeld in het petitum van de dagvaarding in hoger beroep;
- II.b.een verklaring voor recht dat [geïntimeerde] toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van zijn verplichtingen jegens FCDB uit hoofde van de SPA, de LA en de SLA en uit dien hoofde aansprakelijk is voor de door FCDB geleden en nog te lijden schade als gevolg van deze tekortkomingen en als gevolg van de (partiële) ontbinding van de SLA;
- II.c.veroordeling van [geïntimeerde] tot betaling aan FCDB van de (overige) door FCDB geleden en nog te lijden schade, nader op te maken bij staat, vermeerderd met wettelijke rente;
- III.a.bepaling dat het in deze te wijzen arrest in de plaats treedt van het “joint statement” als bedoeld in art. 5.1 (i) van en Schedule 2 bij de Escrow Agreernent (ex art. 3:300 lid 2 BW), danwel dezelfde kracht heeft als een in wettige vorm opgemaakte “written instruction” als bedoeld in art. 5.1 (ii) van de Escrow Agreement van [geïntimeerde] (ex art. 3:300 lid 1 BW) voor een bedrag gelijk aan het onverschuldigde deel van de door FCDB (door storting in escrow) verrichte betaling;
- III.b.veroordeling van [geïntimeerde] tot (terug)betaling van het deel van het door FCDB bedrag betaalde bedrag ad € 248.086,-- dat na vrijgave van het Escrow Amount nog heeft te gelden als onverschuldigd betaald, vermeerderd met wettelijke rente.
- gedeeltelijke vernietiging van het bestreden vonnis, naar het hof begrijpt: voor zover daarbij de vorderingen van [geïntimeerde] zijn toegewezen en de vorderingen van FCDB zijn afgewezen;
- afwijzing van de vorderingen van [geïntimeerde] in conventie;
- toewijzing van de gewijzigde eis van FCDB in reconventie;
- (a)bekrachtiging van het bestreden vonnis voor zover daarbij is geoordeeld dat [geïntimeerde] aanspraak kan maken op betaling door FCDB van een bedrag ad € 61.680,-- en op betaling van een bedrag van € 250.000,-- en een bedrag van € 7.335,--, dus in totaal € 319.015, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 september 2019;
- (c)afwijzing van de vorderingen I, II en III van FCDB in reconventie.
- (b)te bepalen dat het FCDB niet zal zijn toegestaan het hierboven genoemde bedrag van € 319.015 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 september 2019) te verrekenen;
- (e)FCDB te veroordelen rekening en verantwoording af te leggen over de besteding van de door [geïntimeerde] ter beschikking gestelde gelden onder de SLA van in totaal
- (f)FCDB te veroordelen aan [geïntimeerde] te voldoen het bedrag dat het positief saldo vormt van de lening van [geïntimeerde] ad € 3.104.155,-- minus het bedrag dat door FCDB uit de rekening en verantwoording daadwerkelijk zal blijken te zijn besteed aan de genoemde doeleinden in het Kostenoverzicht;
- (g)te verklaren voor recht, primair dat de verplichting van FCDB uit hoofde van artikel 4.2 in combinatie met artikel 4.6 en artikel 4.3 SLA (terugbetaling lening [geïntimeerde] en inzicht geven in de transfers) ook na de partiële ontbinding van de SLA door FCDB is blijven voortbestaan, of subsidiair te verklaren voor recht dat FCDB ongerechtvaardigd is verrijkt in de zin van artikel 6:212 BW als gevolg van het tenietgaan van de verbintenis die op haar krachtens de hiervoor genoemde artikelen van de SLA heeft gerust en als gevolg waarvan [geïntimeerde] schade lijdt;
- (h)FCDB te veroordelen om aan [geïntimeerde] te betalen primair het bedrag dat aan de hand van de in het (hierna te melden) incident gevorderde documenten als Nett Income zal zijn vastgesteld, dan wel subsidiair aan [geïntimeerde] te betalen het door FCDB vastgestelde bedrag aan Nett Income van € 721.532,50, dan wel meer subsidiair aan [geïntimeerde] te betalen het bedrag aan Nett Income dat door het hof in goede justitie zal worden bepaald, te vermeerderen met aanspraken van [geïntimeerde] die bestaan op doorverkooppercentages uit de uitgaande transfers in de betreffende periode van spelers en te vermeerderen met de wettelijke rente te rekenen vanaf het einde van een transfer-window over de bedragen die door FCDB per die datum verschuldigd werden aan [geïntimeerde] , tot aan de dag van gehele voldoening;
- (i)vast te stellen dat de rechtbank in het bestreden vonnis ten onrechte heeft geoordeeld, dat het ontbreken van additionele financieringsafspraken in een annex bij de SLA, niet bindend is voor de vaststelling of zulke voorwaarden tussen partijen zijn overeengekomen (r.o. 11.30 van het bestreden vonnis) en te oordelen dat als gevolg van het ontbreken van nadere afspraken in een annex, FCDB reeds om die reden geen aanspraak kan maken op de gevorderde additionele betaling van € 565.111,-- voor kosten van spelers;
- (j)vast te stellen dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat de rechtbank de toegewezen vorderingen van FCDB heeft mogen verrekenen met de lening van
(k)vordering III sub (a) van FCDB in het principaal appel gelijkelijk van toepassing te laten zijn ter zake van de aan [geïntimeerde] toe te wijzen bedragen.
(d)op de voet van artikel 843a Rv ingesteld. [geïntimeerde] vordert in het incident dat FCDB verplicht wordt om binnen 7 dagen na betekening van een daartoe door het hof genomen besluit, [geïntimeerde] inzage te geven in alle uitgaande transfers en de daarbij behorende onderliggende transferdocumenten (digitale documenten daaronder mede begrepen), die hebben plaatsgevonden in de periode januari 2019 tot en met 31 augustus 2021. Dit, volgens [geïntimeerde] , teneinde het bedrag aan Nett Income en daarmee de terugbetalingsverplichting van FCDB respectievelijk de schade van [geïntimeerde] over het geheel van uitgaande transfers over de genoemde periode te kunnen vaststellen.
- geoordeeld dat de Nederlandse rechter bevoegd is in deze zaak te beslissen,
- geoordeeld dat op de geschillen van partijen in deze zaak Nederlands recht van toepassing is,
- de beslissing over de vordering in het incident aangehouden,
- ook de beslissing over de proceskosten van het incident aangehouden,
- de hoofdzaak verwezen naar de rol voor memorie van antwoord in incidenteel hoger beroep, en
- elk verder oordeel in de hoofdzaak aangehouden.
- de door [geïntimeerde] toegezegde leningen in beginsel alleen op het seizoen 2018/2019 zagen en dat dat gevolgen had voor het afsluiten en verlengen van spelerscontracten,
- wat partijen afspraken over spelerscontracten met een langere looptijd en het dragen van de kosten daarvan, volgt uit de artikelen 3.2 en 5.1 SLA (zie onder 9.2.1. q),
- deze artikelen voor FCDB de mogelijkheid meebrachten om bestaande contracten te verlengen of nieuwe contracten aan te gaan voor een langere looptijd dan het seizoen 2018/2019, in goed overleg met [geïntimeerde] ,
- [geïntimeerde] bij het bereiken van overeenstemming dan in beginsel op voorhand alle kosten daarvan als bedoeld in de artikelen 2.1 en 2.2 SLA zou betalen,
- deze afspraak betekent dat zijn betalingsverplichting voor spelerskosten zich ook kon uitstrekken tot na het seizoen 2018/2019,
- gelet op de bepalingen in Appendix 1 bij de LA [persoon B] als TD degene was die namens [geïntimeerde] samen met de CEO van de club kon beslissen over het aantrekken van nieuwe spelers of het aanbieden van nieuwe contracten aan spelers, met gevolgen voor de betalingsverplichtingen van [geïntimeerde] , eventueel tot na het seizoen 2018/2019,
- [geïntimeerde] de kosten voor spelers die met zijn goedkeuring waren gecontracteerd
- vaststaat dat deze afspraak over een betaling op voorhand verband hield met regelgeving van de KNVB, die meebracht dat [geïntimeerde] het volledige bedrag aan kosten voor de betreffende spelers voor het seizoen 2019/2020 in beginsel vóór 1 juli 2019 moest betalen (of althans vóór 1 juli 2019 een schriftelijke verklaring moest afgeven dat hij zou instaan voor betaling, onder opgave van een uiterste datum van betaling), en
- FCDB deze dekking in de begroting nodig had om een licentie te verkrijgen van de KNVB.
- een mail tussen de zaakwaarnemer van [speler A] en [persoon B] ,
- een door [geïntimeerde] getekende calculatie met de langere contractsduur ( [speler B] ), en
- een mailbericht van [persoon H] en een arbeidsovereenkomst ( [speler C] ).
“designated amounts”) en dat FCDB die niet allemaal volgens de betreffende tussen partijen overeengekomen doeleinden heeft besteed, Daarom dient FCDB volgens [geïntimeerde] een nader te bepalen terugbetaling te doen (in de procedure bij de rechtbank doet hij hiertoe een beroep op onverschuldigde betaling, in hoger beroep verzoekt hij om rekening en verantwoording en berekening, zie grieven I en II in incidenteel hoger beroep).
nietvoor rekening van [geïntimeerde] dienen te komen ook niet worden meegeteld, en
€ 2.915.500,--van de posten A1. tot en met A.36 voor rekening van [geïntimeerde] komt. Zoals FCDB stelt en [geïntimeerde] onvoldoende betwist, moet het er blijkens het mailbericht van [persoon A] van 27 juni 2019 (prod. 11 bij conclusie van antwoord in conventie) voor worden gehouden dat [geïntimeerde] ook akkoord was met de posten A37 (Translation bureau) en A38 (Flight tickets). Dat betekent dat de bewuste kosten van respectievelijk
€ 10.000,--en
€ 6.000,--ook voor diens rekening komen.
€ 36.000,--(bestreden vonnis 11.12) ook voor rekening van [geïntimeerde] komt, neemt het hof dit oordeel over.
€ 56.484,--(in 11.6.) en makelaarskosten van
€ 10.372,--(in 11.7.). Daarom geldt dat ook deze posten voor rekening van [geïntimeerde] zijn.
nietvoor rekening van [geïntimeerde] komen. FCDB heeft ook geen grieven gericht tegen dit terechte oordeel van de rechtbank (in 11.5.). Deze door FCDB betaalde kosten zullen dus niet worden opgenomen in de optelsom van de bedragen die voor rekening van [geïntimeerde] komen.
€ 7.353,56worden meegenomen in de berekening.
€ 3.104.155,--
€ 3.178.571,56 -/- € 3.104.155,-- = € 74.416,56.
€ 182.918,25.
in escrow gestort(zie ook memorie van grieven nr. 171):
€ 243.104,--daadwerkelijk
in escrow gestort
had hoeven te storten. Dat bedrag kan als volgt worden berekend:
verminderd met:
€ 243.104,-- minus (c. verminderd met d.).
- dat [geïntimeerde] op de in dit arrest vastgestelde wijze toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van zijn verplichtingen jegens FCDB uit hoofde van de SPA, de LA en de SLA, en
- dat hij uit hoofde daarvan aansprakelijk is voor de door FCDB geleden en nog te lijden schade als gevolg van deze tekortkomingen en als gevolg van de (partiële) ontbinding van de SLA (vermeerderd met de toepasselijke wettelijke rente), nader op te maken bij staat.
€ 6.395,--
€ 1.214,--(1 punt x tarief II).