ECLI:NL:GHSHE:2025:3130
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep in verband met schadeafwikkeling na ongeval attractie
In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 7 november 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Oost-Brabant. De zaak betreft een ongeval met een attractie op de kermis in Wijchen, waarbij de verdachte, een rechtspersoon, was veroordeeld voor het veroorzaken van zwaar lichamelijk letsel en het overtreden van de Warenwet. De rechtbank had de verdachte een geldboete opgelegd van € 15.000, waarvan € 7.500 voorwaardelijk, en goederen verbeurd verklaard. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld, maar heeft later aangegeven dat zij met de verzekeraars van de slachtoffers een schadeafwikkeling heeft bereikt. Zowel de verdediging als het Openbaar Ministerie hebben verzocht om de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep, omdat er geen belang meer is bij een inhoudelijke behandeling van de zaak. Het hof heeft vastgesteld dat er geen zwaarwegende belangen zijn die zich verzetten tegen de intrekking van het hoger beroep. Het hof heeft geoordeeld dat het hoger beroep niet meer kan worden ingetrokken, maar dat er geen inhoudelijke behandeling heeft plaatsgevonden. Gelet op de omstandigheden heeft het hof besloten de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep, omdat er geen belang meer is bij de behandeling van de zaak.