Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaaknummer 10369568 \ CV EXPL 23-866)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep;
- het tegen [geïntimeerde] verleende verstek;
- de memorie van grieven met producties 1 tot en met 6.
3.De beoordeling
- a. Stedefra is een onderneming die tweedehands vrachtwagens, trekkers en opleggers verkoopt.
- b. Op of omstreeks 1 april 2022 heeft [geïntimeerde] van Stedefra een gebruikte vrachtwagen gekocht van het merk MAN, type TGX 18.440, met [chassisnummer x] .
- c. [geïntimeerde] wilde de vrachtwagen over de weg exporteren naar zijn thuisland Azerbeidzjan .
- d. Toen [geïntimeerde] op 17 april 2022 de EU wilde verlaten, werd de vrachtwagen bij de grens in Litouwen in beslag genomen. In de door [geïntimeerde] overgelegde vertaling van het proces-verbaal van inbeslagname staat onder meer het volgende:
- e. De door partijen overgelegde stukken bevatten geen gegevens over de vraag wat er na de inbeslagname met de vrachtwagen is gebeurd.
- f. Bij e-mailbericht van 28 april 2022 heeft de (toenmalig) advocaat van [geïntimeerde] onder meer het volgende meegedeeld aan Stedefra:
- tot terugbetaling van € 13.150,-- aan [geïntimeerde] ;
- tot het meewerken aan de ongedaanmakingsverbintenis;
- tot betaling van € 4.387,-- als vergoeding van door [geïntimeerde] gemaakte kosten;
- tot betaling van € 150,-- ter zake smartengeld;
- tot betaling van € 196,75 ter zake vertaalkosten;
- tot betaling van € 910,-- ter zake buitengerechtelijke kosten;
- De stelling van [geïntimeerde] dat er geen geldige overdracht van de vrachtwagen heeft plaatsgevonden, kan geen grondslag vormen voor de gevorderde ontbinding van de koopovereenkomst (rov. 4.3).
- Tussen partijen is overeengekomen dat Stedefra aan [geïntimeerde] een vrachtwagen zou leveren die door [geïntimeerde] geëxporteerd kon worden naar Azerbeidzjan . De door Stedefra aan [geïntimeerde] geleverde vrachtwagen kon echter niet tot buiten de EU worden geëxporteerd. Stedefra is dus in de nakoming van de koopovereenkomst tekortgeschoten (rov. 4.4 tot en met 4.6).
- [geïntimeerde] heeft uit het daaropvolgende handelen en nalaten van Stedefra mogen begrijpen dat Stedefra niet van plan was om tot correcte nakoming van de overeenkomst over te gaan. Stedefra is daardoor zonder ingebrekestelling in verzuim geraakt (rov. 4.7).
- De tekortkoming rechtvaardigt de ontbinding van de koopovereenkomst. [geïntimeerde] heeft de overeenkomst op 28 april 2022 rechtsgeldig buitengerechtelijk ontbonden. Stedefra moet dus de koopsom aan [geïntimeerde] terugbetalen en [geïntimeerde] moet de vrachtwagen terugleveren aan Stedefra (rov. 4.8, eerste deel).
- [geïntimeerde] heeft voldoende onderbouwd dat hij aan Stedefra € 13.150,-- heeft betaald ter verkrijging van de vrachtwagen (rov. 4.9).
- Vaststaat dat [geïntimeerde] de vrachtwagen niet aan Stedefra kan terug leveren, omdat geen van partijen weet waar de vrachtwagen zich bevindt (rov. 4.8, voorlaatste volzin en rov. 4.10, eerste volzin).
- Het is daarom niet redelijk dat Stedefra de hele koopsom aan [geïntimeerde] moet terugbetalen. Omdat Stedefra de vrachtwagen 10 dagen voor de verkoop aan [geïntimeerde] zelf heeft ingekocht voor € 7.000,--, kan de schade die Stedefra lijdt door het niet terugontvangen van de vrachtwagen gesteld worden op € 7.000,--. Stedefra moet daarom (€ 13.150,-- min € 7.000,-- =) € 6.150,-- aan [geïntimeerde] terugbetalen (rov. 4.10, tweede deel).
- De door [geïntimeerde] gevorderde kosten, smartengeld, vertaalkosten en buitengerechtelijke kosten zijn niet toewijsbaar (rov. 4.11 tot en met 4.13, welke laatstgenoemde overweging in het vonnis abusievelijk is genummerd als 4.3).
- Omdat de vordering van [geïntimeerde] slechts ten dele wordt toegewezen, moet elke partij de eigen proceskosten dragen. Dit breng mee dat de vordering tot zekerheidstelling voor de proceskosten moet worden afgewezen (rov. 4.14, welke overweging in het vonnis abusievelijk is genummerd als 4.4).
- voor recht verklaard dat de koopovereenkomst is ontbonden;
- Stedefra veroordeeld om aan [geïntimeerde] € 6.150,-- te betalen;
- de proceskosten gecompenseerd in die zin dat elke partij de eigen proceskosten moet dragen;
- het meer of anders gevorderde afgewezen.
primair:
- 1. veroordeling van [geïntimeerde] om zekerheid te stellen op de voet van artikel 224 Rv op straffe van niet-ontvankelijkheid;
- 2. afwijzing alsnog van de vorderingen van [geïntimeerde] ;
- 3. veroordeling van [geïntimeerde] om al hetgeen Stedefra ter uitvoering van het bestreden vonnis aan [geïntimeerde] heeft voldaan, aan Stedefra terug te betalen vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van de betaling tot de dag van de terugbetaling;
subsidiair, voor het geval de ontbinding van de koopovereenkomst in rechte stand zou houden, geconcludeerd tot, samengevat:
- 1. afwijzing alsnog van de overige vorderingen van [geïntimeerde] ;
- 2. veroordeling van [geïntimeerde] tot teruglevering van de vrachtwagen en/of het uit hoofde van de ongedaanmakingsverbintenis door Stedefra aan [geïntimeerde] te betalen bedrag op nihil te stellen, althans maximaal op € 4.500,--;
- 3. veroordeling van [geïntimeerde] om hetgeen Stedefra aan [geïntimeerde] heeft voldaan aan Stedefra terug te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van de betaling tot de dag van de terugbetaling
- dat tussen partijen is overeengekomen dat Stedefra aan [geïntimeerde] een vrachtwagen zou leveren die door [geïntimeerde] geëxporteerd kon worden naar Azerbeidzjan ;
- dat de door Stedefra aan [geïntimeerde] geleverde vrachtwagen echter niet tot buiten de EU kon worden geëxporteerd;
- dat Stedefra dus is tekortgeschoten in de nakoming van de koopovereenkomst.
- De Duitse firma Weissenborn heeft de vrachtwagen verkocht aan MAN-dealer Albor in Polen.
- MAN-dealer Albor heeft de vrachtwagen verkocht aan Leasemaatschappij BZ WBK Leasing SA.
- BZ WBK Leasing SA heeft de vrachtwagen geleast aan LJ Trans.
- De vrachtwagen is daarna in Roemenië in beslag genomen, maar vervolgens op 5 mei 2016 ook weer vrijgegeven aan LJ Trans.
- BZ WBK Leasing SA heeft de vrachtwagen vervolgens verkocht aan LJ Trans.
- LJ Trans heeft de vrachtwagen daarna verkocht aan Stedefra.
- Explootkosten € 115,22
- Griffierechten € 2.175,--
- Salaris advocaat € 858,-- (1 punt x tarief I)
- Nakosten € 178,-- (plus de verhoging zoals vermeld in de
4.De uitspraak
- wijst de vorderingen van [geïntimeerde] af;
- veroordeelt [geïntimeerde] in de proceskosten van het geding bij de kantonrechter ten bedrage van € 660,--;
- veroordeelt [geïntimeerde] in de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten van het geding bij de kantonrechter als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn voldaan;