ECLI:NL:HR:1997:AA3209
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Stoffer
- J. Urlings
- F. Fleers
- P. Pos
- A. Beukenhorst
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen uitspraak Gerechtshof over aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 4 augustus 1995, betreffende de aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1992. De belanghebbende ontving een aanslag gebaseerd op een belastbaar inkomen van ƒ 149.053,--. Na bezwaar tegen deze aanslag, handhaafde de Inspecteur de aanslag, waarna de belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Inspecteur, wat leidde tot het cassatieberoep.
In het cassatiegeding heeft de belanghebbende zijn zaak laten toelichten door mr. J.V. Boonacker, advocaat te Utrecht. De Hoge Raad beoordeelt de klachten van de belanghebbende, met name over de schriftelijke overeenkomst die op 5 december 1991 door hem en zijn echtgenote was opgemaakt. Het Hof had geoordeeld dat de rol van de echtgenote zich beperkte tot het aannemen van de telefoon en het doorgeven van boodschappen. De Hoge Raad oordeelt dat dit oordeel niet voldoende is gemotiveerd, vooral omdat het Hof geen vaststelling heeft gedaan over de tijdsduur van de afwezigheid van de belanghebbende in 1992.
De Hoge Raad concludeert dat de klachten gegrond zijn en dat de uitspraak van het Hof niet in stand kan blijven. De zaak wordt verwezen naar het Gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. Tevens wordt de Staatssecretaris van Financiën veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbende, vastgesteld op ƒ 2.130,-- voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand, en het griffierecht van ƒ 300,-- wordt vergoed aan de belanghebbende. Dit arrest is op 8 januari 1997 vastgesteld en openbaar uitgesproken.