ECLI:NL:HR:1997:AA3240
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Stoffer
- J. Zuurmond
- F. Fleers
- M. Pos
- A. Beukenhorst
- Rechtspraak.nl
Cassatie over vestigingsplaats van een Ierse vennootschap voor kapitaalsbelasting
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X Ltd te Z tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, die betrekking heeft op een naheffingsaanslag kapitaalsbelasting van ƒ 1.915.900,--. De naheffingsaanslag werd opgelegd na bezwaar van de belanghebbende, waarna de Inspecteur de aanslag handhaafde. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Inspecteur, waarop belanghebbende cassatie instelde. De Staatssecretaris van Financiën diende een vertoogschrift in.
De Hoge Raad beoordeelt de middelen van cassatie en stelt vast dat belanghebbende, een vennootschap naar Iers recht, op 26 september 1990 is opgericht. De statutaire zetel is in Ierland, maar de vennootschap maakt deel uit van een groep waarvan de moedermaatschappij in de Verenigde Staten is gevestigd. De huidige aandeelhouder, E B.V. in Nederland, coördineert de Europese belangen van de groep. De zaak draait om de vraag of belanghebbende ten tijde van de kapitaalstorting op 11 december 1990 in Nederland was gevestigd volgens de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR).
Het Hof oordeelde bevestigend dat belanghebbende in Nederland was gevestigd. Dit oordeel is gebaseerd op een brief van 28 augustus 1990, waarin werd gesteld dat belanghebbende als 'non-resident company' vanuit Nederland zou worden geleid. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof niet onbegrijpelijk heeft geoordeeld en dat de motivering van het oordeel niet blijk geeft van een onjuiste rechtsopvatting. Het tweede middel behoeft geen behandeling meer, omdat het eerste middel de beslissing van het Hof zelfstandig draagt.
De Hoge Raad concludeert dat er geen termen zijn voor een veroordeling in de proceskosten en verwerpt het beroep. Dit arrest is op 7 mei 1997 vastgesteld door de vice-president Stoffer en de raadsheren Zuurmond, Fleers, Pos en Beukenhorst, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier Boorsma, en is op die datum in het openbaar uitgesproken.