ECLI:NL:HR:1997:ZC2410
Hoge Raad
- Cassatie
- M. Martens
- A. Korthals Altes
- N. Neleman
- H. Heemskerk
- J. Jansen
- Rechtspraak.nl
Concurrentieverbod assurantietussenpersoon na overdracht handelsonderneming; aard en strekking overnameovereenkomst
In deze zaak gaat het om een geschil tussen [eiser 1] en [verweerder] over een concurrentieverbod na de overdracht van een assurantiekantoor. [Eiser 1] had zijn assurantiekantoor, dat hij onder de handelsnaam '[A]' exploiteerde, verkocht aan [verweerder]. In de overnameovereenkomst was bepaald dat [verweerder] de handelsnaam gedurende vijf jaar moest blijven gebruiken. Na de overdracht ontstonden er conflicten tussen de partijen, waarbij [eiser 1] zich niet aan de afspraken hield en in concurrentie trad met [verweerder]. [Verweerder] vorderde in kort geding een verbod voor [eiser 1] om als verzekeringstussenpersoon werkzaam te zijn. De President van de Rechtbank te Arnhem wees de vorderingen van [verweerder] grotendeels toe. [Eisers] gingen in hoger beroep, maar het Gerechtshof bekrachtigde het vonnis van de President. Hierop volgde cassatie bij de Hoge Raad. De Hoge Raad oordeelde dat de beperkingen die in de overnameovereenkomst waren opgenomen, noodzakelijk waren ter bescherming van de belangen van [verweerder]. De Hoge Raad verwierp het beroep van [eisers] en bevestigde de beslissing van het Hof, waarbij het verbod om als verzekeringstussenpersoon werkzaam te zijn, werd gehandhaafd. De Hoge Raad oordeelde dat de opgelegde termijn van vijf jaar voor het verbod niet onredelijk was en dat de belangen van [verweerder] voldoende bescherming vereisten.