ECLI:NL:HR:1999:AA2651
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Stoffer
- J. Zuurmond
- M. Beukenhorst
- Rechtspraak.nl
Cassatie over aftrekbaarheid van verhuiskosten in verband met dienstbetrekking en gezondheidsredenen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 3 december 1997, betreffende de hem opgelegde aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1995. De aanslag was gebaseerd op een belastbaar inkomen van f 122.472,--. Na bezwaar tegen de aanslag, handhaafde de Inspecteur deze, waarna belanghebbende in beroep ging bij het Hof, dat de uitspraak van de Inspecteur bevestigde.
Belanghebbende heeft in cassatie aangevoerd dat de Inspecteur ten onrechte de verhuis- en herinrichtingskosten van f 14.585,-- niet in aftrek heeft toegelaten. Het Hof oordeelde dat verhuiskosten als aftrekbare kosten in aanmerking komen indien de dienstbetrekking de werknemer tot verhuizing noopt, en dat hiervoor een verband met de dienstbetrekking of bijzondere omstandigheden vereist is. Het Hof heeft echter ook erkend dat bijzondere omstandigheden, zoals de gezondheidstoestand van de werknemer, kunnen leiden tot aftrekbaarheid van verhuiskosten.
De Hoge Raad oordeelt dat het Hof de stelling van belanghebbende dat gezondheidsredenen hem tot de verhuizing hebben genoopt, voldoende heeft onderzocht. Het Hof heeft geoordeeld dat deze stelling onvoldoende aannemelijk is gemaakt, en dit oordeel is niet onbegrijpelijk. De Hoge Raad verwerpt het beroep, omdat de klachten van belanghebbende niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
De uitspraak van de Hoge Raad is op 27 januari 1999 gedaan door vice-president A. Stoffer, samen met de raadsheren J. Zuurmond en M. Beukenhorst, en is in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de waarnemend griffier Bolle.