ECLI:NL:HR:2001:AA9964
Hoge Raad
- Cassatie
- C.H.M. Jansen
- O. de Savornin Lohman
- A. Hammerstein
- W.H. Heemskerk
- Rechtspraak.nl
Cassatie over niet-ontvankelijkheid van eiser in beroep tegen tussenvonnis
In deze zaak hebben de verweerders in cassatie, [verweerder] c.s., eiser gedagvaard voor de Kantonrechter te Groningen. De vorderingen betroffen het herstel van lekkages aan de tuinkoepel en dakconstructie van het Stadsparkpaviljoen, alsook de vervanging of reparatie van een defecte brandmeldinstallatie. De Kantonrechter heeft na een tussenvonnis een deskundigenonderzoek bevolen. Eiser heeft hoger beroep ingesteld tegen de tussenvonnissen van de Kantonrechter. De Rechtbank te Groningen heeft het tussenvonnis van de Kantonrechter uitvoerbaar bij voorraad verklaard, waarna eiser cassatie heeft ingesteld tegen dit tussenvonnis. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het cassatiemiddel niet voldoet aan de eisen van artikel 407 lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Hierdoor heeft de Hoge Raad eiser niet-ontvankelijk verklaard in zijn beroep. Eiser is tevens veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op ƒ 632,20 aan verschotten en ƒ 3.000,-- voor salaris.