(i) Eind 1983 heeft ISP als eerste in Nederland pillen op de markt gebracht met de aanduiding "CHIEN PU WAN".
(ii) ISP is krachtens overeenkomst de exclusieve vertegenwoordiger in Europa voor de verkoop van deze pillen.
(iii) CHIEN PU WAN is een Chinees kruidenproduct dat in Nederland als voedingssupplement zonder een recept bij apotheek, drogist en reformhuis verkrijgbaar is.
(iv) BSP heeft bij het BMB op 6 februari 1985, 8 november 1994 en 23 november 1994 gedeponeerd een beeldmerk voorstellende een verpakking met daarop de woorden CHIEN PU WAN, een woordmerk CHIEN PU WAN en een beeldmerk kleur zwart. Deze depots zijn ingeschreven onder de nummers 408392, 836873 en 558001, en wel voor waren in klasse 5.
(v) Sinds de zomer van 1994 brengt de Stichting 3-Maste Products Promotion (hierna 3-Maste) in de Benelux pillen onder de naam CHIEN PU WAN op de markt. Deze pillen worden geproduceerd door de Taiwanese vennootschap Nan-Found Pharmaceutical Co. Ltd.
(vi) BSP en ISP hebben tegen 3-Maste een kort geding aangespannen bij de President van de Rechtbank te Breda. Tegen BSP en ISP is verstek verleend. Bij vonnis van 28 oktober 1994 heeft de President 3-Maste ontslagen van de instantie.
(vii) Vervolgens hebben BSP en ISP tegen 3-Maste een bodemprocedure aanhangig gemaakt bij de Rechtbank te Breda. Daarin hebben zij onder meer gevorderd dat 3-Maste zal worden veroordeeld om met onmiddellijke ingang na de betekening van het vonnis het op de markt brengen, in voorraad houden, verkopen en leveren van pillen onder de naam CHIEN PU WAN te staken. 3-Maste heeft tegen deze vordering verweer gevoerd en een reconventionele vordering ingesteld.
(viii)De Rechtbank heeft bij vonnis van 25 april 1995 ISP op de voet van art. 12 BMW niet-ontvankelijk verklaard omdat zij niet degene was die de hiervoor genoemde merken had gedeponeerd.
De Rechtbank heeft in conventie de vorderingen afgewezen. In reconventie heeft de Rechtbank voor recht verklaard dat de depots door BSP bij het BMB van het woordmerk CHIEN PU WAN van 8 november 1994 onder nummer 836873 en van het beeldmerk zwart op 23 november 1994 onder nummer 558001, nietig zijn en de doorhaling van de inschrijving van de depots bevolen. Daartoe heeft de Rechtbank overwogen, samengevat weergegeven, dat het woordmerk CHIEN PU WAN ten tijde van het depot was verworden tot een soortnaam en dat het gedeponeerde beeldmerk zwart met betrekking tot het onderhavige product onderscheidend vermogen mist.
(ix) Tegen dit vonnis is geen hoger beroep ingesteld. Nadat het in kracht van gewijsde was gegaan heeft het BMB het woordmerk CHIEN PU WAN doorgehaald.
(x) Op 11 maart 1996 heeft ISP bij het BMB het woordmerk CHIEN PU WAN gedeponeerd voor waren in de klassen 5 en 16 alsmede voor diensten in klasse 35.
(xi) Bij brief van 1 juli 1996 heeft het BMB aan ISP meegedeeld dat het de inschrijving van het depot voorlopig weigerde. Daarvoor heeft het BMB - onder verwijzing naar het hiervoor onder (viii) genoemde vonnis van de Rechtbank te Breda als reden opgegeven dat het teken CHIEN PU WAN uitsluitend beschrijvend is voor de klassen 5, 16 en 35 genoemde waren en diensten voor zover zij betrekking hebben op het Chinese kruidenproduct chien pu wan en elk onderscheidend vermogen mist als bedoeld in art. 6bis lid 1 onder a BMW.
(xii) Tegen deze voorlopige weigering heeft ISP bij het BMB bezwaar gemaakt. Bij brief van 4 februari 1997 heeft het BMB aan ISP meegedeeld dat het de inschrijving definitief weigerde.