ECLI:NL:HR:2001:AD5966
Hoge Raad
- Cassatie
- W.J.M. Davids
- A.M.M. Orie
- B.C. de Savornin Lohman
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de beschikking inzake inbeslagname van een personenauto
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 25 september 2001 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een beschikking van de Arrondissementsrechtbank te 's-Gravenhage. De zaak betreft een beklag van een klager die teruggave van een inbeslaggenomen personenauto vorderde. De inbeslagname was gebaseerd op artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering. De klager, geboren in Marokko in 1966 en wonende te 's-Gravenhage, had een klaagschrift ingediend, maar de rechtbank had dit beklag ongegrond verklaard. De klager was van mening dat de rechtbank een onjuiste maatstaf had toegepast en onvoldoende had gemotiveerd waarom de auto niet aan hem kon worden teruggegeven.
De Advocaat-Generaal Jörg concludeerde dat de Hoge Raad de bestreden beschikking zou moeten vernietigen en de zaak zou moeten terugwijzen naar de rechtbank. De Hoge Raad oordeelde dat de rechtbank onvoldoende had gemotiveerd wie de sterkste rechten op de auto had en dat het belang van de strafvordering niet was beoordeeld. Hierdoor had de rechtbank een onjuiste maatstaf gehanteerd bij haar beslissing.
De Hoge Raad vernietigde de beschikking van de rechtbank en wees de zaak terug naar de Rechtbank te 's-Gravenhage voor een herbeoordeling van het beklag. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging van de rechten van de betrokken partijen bij inbeslagname en de noodzaak voor de rechtbank om duidelijk te motiveren waarom teruggave aan de klager niet mogelijk is.