ECLI:NL:HR:2001:ZC3641
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- R. Herrmann
- H.A.M. Aaftink
- A. Hammerstein
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de verplichting tot levering van onroerend goed en de rol van deskundigen bij het vaststellen van de koopprijs
In deze zaak heeft WE Vastgoed B.V. (hierna: Ronvast), de rechtsvoorgangster van eiseres tot cassatie, verweerster in cassatie gedagvaard voor de Rechtbank te Breda. Ronvast vorderde onder andere dat [verweerster] zou worden veroordeeld om binnen veertien dagen de onroerende zaak aan Ronvast te leveren, vrij van hypotheken en andere zakelijke rechten, tegen betaling van een koopprijs. De vordering was gebaseerd op een huurovereenkomst tussen partijen, waarin was bepaald dat deskundigen de koopprijs zouden vaststellen na het verstrijken van de huurperiode. De Rechtbank heeft Ronvast in de gelegenheid gesteld bewijs te leveren en heeft de zaak naar de rol verwezen voor verdere behandeling.
Na een tussenarrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat de tussenvonnissen van de Rechtbank bekrachtigde, heeft Ronvast cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten van Ronvast niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad oordeelde dat de in het middel aangevoerde klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en Ronvast veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie.
De uitspraak van de Hoge Raad is van belang voor de rechtsontwikkeling met betrekking tot de verplichtingen van partijen in een huurovereenkomst en de rol van deskundigen bij het vaststellen van de koopprijs van onroerend goed. De uitspraak bevestigt dat de rechterlijke beoordeling van de feiten en de toepassing van de wet door de lagere rechters in deze zaak correct zijn geweest.