3.3 Het Hof heeft in rov. 6.1 tot en met 6.25 van zijn tussenarrest het hiervoor in 3.2 als (a) aangeduide onderwerp behandeld. Deze overwegingen waarin het Hof Trimoteur en [eiseres 2] tezamen aanduidt als Trimoteur kunnen als volgt worden samengevat.
(1) Het Hof stelt in rov. 6.1 voorop dat [verweerster 1] volgens Trimoteur tekortgeschoten is in haar verplichting om ervoor te zorgen dat de rimblockslijn binnen drie maanden na 12 september 1994 is overgebracht van de vestiging van [verweerster 3] in St. Truiden (België) naar de vestiging van [eiseres 2] in Breda en aldaar was geïnstalleerd en operationeel was, op grond waarvan Trimoteur van [verweerster 1] schadevergoeding (winstderving) heeft gevorderd en van [verweerster 3] teruggave van de koopprijs na ontbinding.
(2) In rov. 6.4 tot en met 6.16 gaat het Hof vervolgens in op de gang van zaken na 12 september 1994.
(3) In rov. 6.17 verwerpt het Hof het standpunt van [verweerster 1] dat Trimoteur de rimblockslijn zonder meer had moeten afnemen. Dat zou alleen het geval zijn, indien plaatsing in de centrale vulhal probleemloos en binnen de afgesproken termijn van drie maanden had kunnen plaatsvinden, doch daarvan was volgens het Hof (rov. 6.18) geen sprake.
(4) Vervolgens overweegt het Hof in rov. 6.19 dat de problematiek rond de milieuvergunning doorslaggevend is. De gemeente Breda stelde in verband met het milieu nadere eisen en voorwaarden indien [eiseres 2] in haar vestiging te Breda een productielijn van rimblocks zou plaatsen, ongeacht de plaats van opstelling binnen deze vestiging. Door de gemeente zou een nieuwe, de gehele inrichting omvattende, vergunning verlangd worden. Deze tegenvaller op het gebied van de milieuvergunning komt, aldus het Hof in rov. 6.20, voor rekening van [verweerster 1]. Zij had zich alvorens de onderhavige toezegging van art. 14.2 te doen terdege op de hoogte moeten stellen van de (milieu)eisen van de gemeente Breda bij de overplaatsing van de rimblockslijn, omdat de gemeente bij brief van 14 juli (lees: maart) 1994 aan [eiseres 2] had laten weten dat zij bij een toekomstige uitbreiding/wijziging van de inrichting van [eiseres 2] een aanvraag zou verlangen voor een nieuwe vergunning. Die informatie stond ter beschikking van [verweerster 1] toen zij met Trimoteur de afspraak maakte dat [eiseres 2] de rimblockslijn van [verweerster 3] zou overnemen en zij had die informatie in het kader van de onderhandelingen aan Trimoteur dienen te verschaffen. Nu zij dit heeft nagelaten zijn de nadelige gevolgen van het feit dat deze productielijn niet binnen drie maanden bij [eiseres 2] is geplaatst in beginsel voor rekening en risico van [verweerster 1].
(5) Aan Trimoteur valt echter te verwijten (rov. 6.21) dat zij niet terstond na het verstrijken van de termijn van drie maanden de ontbinding van de koopovereenkomst heeft gevorderd. Zij heeft, aldus het Hof, nog meegewerkt aan besprekingen na 12 december 1994 en, terwijl deze besprekingen nog gaande waren en enige vooruitgang werd geboekt, "onverhoeds" de koop ontbonden. Daarna heeft zij niets meer ondernomen, hoewel de rimblockslijn was ontmanteld en voor haar gereed werd gehouden. Zij betrekt de rimblocks inmiddels van een andere leverancier. "Deze handelwijze" van Trimoteur acht het Hof in de gegeven omstandigheden "niet redelijk".
(6) Het Hof is van oordeel (rov. 6.24) dat de vordering van Trimoteur op [verweerster 3] niet toewijsbaar is. Niet [verweerster 3], maar [verweerster 1] is volgens het Hof tekortgeschoten in de naleving van de contractuele verplichtingen jegens Trimoteur. [Verweerster 1] is gehouden tot betaling van schadevergoeding aan Trimoteur. Deze schade is in elk geval gelijk aan de door [eiseres 2] aan [verweerster 3] betaalde koopsom.
(7) De vordering tot vergoeding van gederfde winst en/of gemiste kostenbesparingen is niet toewijsbaar (rov. 6.25), omdat deze schade een gevolg is van het feit dat Trimoteur de koopovereenkomst op 11 januari 1995, toen partijen nog in onderhandeling waren over verplaatsing van de productelijn, heeft ontbonden en van verdere medewerking aan de overplaatsing van de rimblockslijn heeft afgezien.