ECLI:NL:HR:2002:AD9143
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- J.B. Fleers
- A.G. Pos
- D.H. Beukenhorst
- P.C. Kop
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding en ouderlijk gezag na scheiding van ouders
In deze zaak gaat het om een echtscheiding tussen de moeder en de vader van een minderjarig kind, waarbij de moeder verzoekt om alleen het gezag over het kind te krijgen. De Rechtbank te Haarlem heeft op 27 april 1999 de echtscheiding uitgesproken en het verzoek van de moeder om alleen het gezag te krijgen aangehouden in afwachting van een rapport van de Raad voor de Kinderbescherming (RvdK). De RvdK heeft op 30 augustus 1999 en 14 februari 2000 rapporten uitgebracht. De Rechtbank heeft op 2 mei 2000 zowel het verzoek van de moeder als dat van de vader om alleen met het gezag te worden belast afgewezen. Hierop heeft de moeder hoger beroep ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, waar de vader incidenteel hoger beroep heeft ingesteld.
Het Gerechtshof heeft op 16 augustus 2000 een bemiddelingspoging gedaan, die niet succesvol was. Bij eindbeschikking van 12 april 2001 heeft het Hof de beslissing over het gezag bekrachtigd. De moeder heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen deze eindbeschikking. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het Hof terecht heeft geoordeeld dat voor gezamenlijk gezag vereist is dat ouders in staat zijn tot een behoorlijke gezamenlijke gezagsuitoefening. Het Hof heeft vastgesteld dat er geen meningsverschillen waren over de beslissingen ten aanzien van het kind en dat de ouders in staat waren om hun onderlinge problemen te overwinnen.
De Hoge Raad heeft de klachten van de moeder verworpen, waarbij werd opgemerkt dat de oordelen van het Hof zijn gebaseerd op de waardering van feiten en niet in cassatie kunnen worden getoetst. De Hoge Raad heeft de beschikking van het Hof bevestigd en het beroep verworpen, waarbij de belangen van het kind voorop stonden. De uitspraak benadrukt het belang van goede communicatie tussen ouders in het kader van gezamenlijk gezag en de noodzaak om in het belang van het kind te handelen.