ECLI:NL:HR:2002:AE9610
Hoge Raad
- Cassatie
- E. Korthals Altes
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- A.R. Leemreis
- C.J.J. van Maanen
- Rechtspraak.nl
Cassatie over aanslag inkomstenbelasting en afkoop kapitaalverzekering
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 22 februari 2001, betreffende een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1994. De aanslag was opgelegd naar een belastbaar inkomen van ƒ 317.566. Na bezwaar tegen deze aanslag, handhaafde de Inspecteur de aanslag, waarna belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Inspecteur, waarop belanghebbende cassatie instelde.
De Hoge Raad oordeelt dat het Hof onbegrijpelijk heeft geoordeeld over de rol van de kinderen van belanghebbende bij de afkoop van de kapitaalverzekering. Het Hof had vastgesteld dat belanghebbende en zijn echtgenote de rechten uit de polis aan hun kinderen hadden geschonken, maar het Hof heeft niet voldoende gemotiveerd waarom de kinderen bij de afkoop voor rekening en risico van belanghebbende handelden. Hierdoor kan de uitspraak van het Hof niet in stand blijven.
De Hoge Raad verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van het Hof en verwijst de zaak terug naar het Gerechtshof te Amsterdam voor een nieuwe behandeling. Tevens wordt de Staat veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en de Staatssecretaris van Financiën tot vergoeding van de proceskosten aan de zijde van belanghebbende. Dit arrest is gewezen door de vice-president en vier raadsheren, en is openbaar uitgesproken op 1 november 2002.