ECLI:NL:HR:2002:AF1577
Hoge Raad
- Cassatie
- E. Korthals Altes
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- Rechtspraak.nl
Aanslag in de zuiveringsheffing van de provincie Utrecht en de rechtsgeldigheid van de verordening
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X B.V. tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 20 april 2001, betreffende een aanslag in de zuiveringsheffing voor het jaar 1996. De aanslag, opgelegd door het waterschap Vallei & Eem, was gebaseerd op de Verordening zuiveringsheffing provincie Utrecht 1986. Na bezwaar van belanghebbende werd de aanslag gehandhaafd door het hoofd van de Afdeling Belastingen van het waterschap. Het Hof bevestigde deze uitspraak, waarna belanghebbende in cassatie ging.
De Hoge Raad oordeelt dat de aanslag rechtmatig is opgelegd, ondanks dat de verordening was ingetrokken per 1 januari 1997. De Hoge Raad stelt vast dat de verordening van kracht bleef voor feiten die zich vóór de intrekking hebben voorgedaan. Dit betekent dat de aanslag, die betrekking heeft op feiten vóór 1 januari 1997, nog steeds geldig is. De Hoge Raad bevestigt het oordeel van het Hof dat de bevoegdheid tot het opleggen van aanslagen met betrekking tot deze feiten is overgedragen aan het dagelijks bestuur van het waterschap.
De Hoge Raad concludeert dat de onderhavige zuiveringsheffing wordt geheven en ingevorderd door het waterschap, en dat de bepalingen van de Waterschapswet van toepassing zijn. De Hoge Raad verklaart het beroep ongegrond en ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is openbaar uitgesproken op 6 december 2002.