ECLI:NL:HR:2003:AF0728
Hoge Raad
- Cassatie
- W.J.M. Davids
- A.J.A. van Dorst
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen veroordeling voor diefstal door twee of meer verenigde personen
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, waarin de verdachte is veroordeeld voor diefstal door twee of meer verenigde personen. Het Hof heeft de eerdere veroordeling door de Politierechter in de Arrondissementsrechtbank te Amsterdam vernietigd en de verdachte veroordeeld tot het verrichten van onbetaalde arbeid ten algemenen nutte voor de duur van 140 uren, in plaats van drie maanden gevangenisstraf. De verdachte heeft beroep in cassatie ingesteld, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. M.L.M. van der Voet.
De Hoge Raad heeft het middel van cassatie beoordeeld, dat zich richtte tegen de verwerping door het Hof van het verweer dat het bewijs onrechtmatig was verkregen. De raadsman van de verdachte voerde aan dat het staande houden en de daaropvolgende aanhouding van de verdachte onrechtmatig waren, waardoor de verklaringen die de verdachte aan de politie had afgelegd, uitgesloten moesten worden van het bewijs. Het Hof heeft echter in zijn arrest aangegeven dat het geen enkele verklaring van de verdachte tot het bewijs heeft gebezigd, waardoor het middel niet tot cassatie kon leiden.
De Hoge Raad concludeert dat er geen gronden zijn voor vernietiging van de bestreden uitspraak en verwerpt het beroep. Dit arrest is gewezen door de vice-president W.J.M. Davids als voorzitter, en de raadsheren A.J.A. van Dorst en E.J. Numann, en is uitgesproken op 14 januari 2003.