ECLI:NL:HR:2003:AF5365
Hoge Raad
- Cassatie
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- C.J.J. van Maanen
- Rechtspraak.nl
Cassatie over aanslag afvalstoffenheffing gemeente Zaanstad en industriële bestemming perceel
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 31 oktober 2001, nr. 00/3377, betreffende een aanslag in de afvalstoffenheffing van de gemeente Zaanstad voor het jaar 1999. De aanslag, ter hoogte van ƒ 442,20, was opgelegd na bezwaar door het hoofd van de afdeling heffing en invordering van de gemeente Zaanstad. Het Hof had het beroep van belanghebbende ongegrond verklaard, waarop belanghebbende cassatie heeft ingesteld.
In de procedure heeft belanghebbende betoogd dat de gemeente Zaanstad niet verplicht was tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen, gezien de industriële bestemming van zijn perceel. Het Hof heeft echter vastgesteld dat dit standpunt niet ter zitting is ingetrokken, waardoor de klacht van belanghebbende gegrond werd verklaard. Desondanks oordeelde de Hoge Raad dat de industriële bestemming van het perceel niet in de weg staat aan de verplichting van de gemeente om huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen, aangezien er in het perceel, dat volgens het Hof een woning is, geregeld huishoudelijke afvalstoffen konden ontstaan.
De Hoge Raad heeft geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten en heeft het beroep ongegrond verklaard. Dit arrest is uitgesproken op 7 maart 2003 door raadsheer L. Monné als voorzitter, samen met raadsheren P.J. van Amersfoort en C.J.J. van Maanen, in aanwezigheid van waarnemend griffier A.I. Boussak-Leeksma.